1.1. Ontdek je binnenste (v)

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom !

Programma

• Aantekeningen maken

• H1: "Onderzoeken & ontdekken"
• 1.1: Ontdek je binnenste
  

Aantekeningen maken!

"Cornell-methode"

Doel van de les

• je leert hoe het lichaam in elkaar zit
• Je leert wat organen doen en hoe ze samenwerken
• Je leert wat cellen zijn
• Je leert hoe cellen in elkaar zitten

Waaruit bestaat je lichaam?

Torso, organen, orgaanstelsel

Skelet

(beenderstelsel)

Taak: stevigheid geven aan je lichaam

Verteringsstelsel

Hier gaat je eten doorheen 

Van mond tot kont

Slokdarm, maag, darmen, anus

Taak: voedsel klein maken 

dat noem je verteren

Ademhalingsstelsel

In- en uitademen

neusholte

Taak: zuurstof opnemen uit de lucht en in het lichaam krijgen

Bloedvatenstelsel

Je hart en je bloedvaten

Bloed gaat door het lichaam

Taak: vervoer van voedingsstoffen en zuurstof

Orgaanstelsels werken samen

Zelf doen!

Maken opdracht 1 t/m 5

Bij welk orgaanstelsel hoort je maag?

1. Beenderstelsel
2. Bloedvatenstelsel
3. Ademhalingsstelsel
4. Verteringsstelsel

Van welk orgaanstelsel is de taak om stevigheid te geven aan je lichaam?

1. Bloedvatenstelsel
2. Beenderstelsel
3. Ademhalingsstelsel
4. Verteringsstelsel

Geef aan in welke afbeelding je wat ziet.

Organisme

cel

Organenstelsel

orgaan

Bouwstenen

Alle organen zijn opgebouwd uit cellen

Cellen zijn de bouwstenen van ons lichaam

Ze zijn enorm klein

Allemaal een eigen vorm en taak, die afhangt van waar ze voor nodig zijn

De cel

Celmembraan: toegangspoort 

Celkern: regelt wat er gebeurt

Cytoplasma: dikke vloeistof in de cel

Soorten cellen

Een groepje van dezelfde cellen met dezelfde taak heet een weefsel

Hersenen: hersenweefsel met hersencellen

Longen: longweefsel met longcellen

Darmen: darmweefsel met darmcellen

enzovoort

Je lichaam van groot naar klein

Je lichaam bestaat uit orgaanstelsels

Elk orgaanstelsel bestaat uit organen

Elk orgaan bestaat uit weefsels

Elk weefsel bestaat uit cellen

Kan je cellen zien?

1. Ja, altijd
2. Ja, alleen met een vergrootglas
3. Ja, alleen met een microscoop
4. Nee, helemaal nooit

Waar of niet?
Ieder dier heeft maar 1 soort cellen

1. Waar
2. Niet waar

Maken

Opdracht 5 en 6

Welkom

"Een goed begin is het halve werk"

1.1

Organisme --> orgaanstelsels --> organen -->

weefsels --> cellen

Opdracht 6

Al gedaan..?

Maken

7 t/m 16

Orgaanstelsel

 --> Organen die samenwerken

--> Orgaanstelsels werken ook samen

Organen...

Een deel van het lichaam met een bepaalde taak

weefsel/cellen

Je lichaam is opgebouwd uit cellen (bouwstenen)

Een groep dezelfde cellen vormt een weefsel