Geschiedenis van het Denken over Economie - Francois Quesnay, les 1.

Welkom!
"François Quesnay"
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
"François Quesnay"

Slide 1 - Diapositive

Introductie nieuw hoofdstuk/paragraaf, vandaar geen terugblik.
Wat gaan we doen?
- Lesdoelen.
- Bekijken FakeBook François Quesnay.
- Instructie: "Toegevoegde waarde".
- Zelfstandig aan het werk.
- Instructie: "Bruto Binnenlands Product (BBP) en inkomen".
- Afsluiting. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen.
Wat kunnen jullie straks?
  1.  Jullie kunnen een definitie geven van het begrip toegevoegde waarde/productiewaarde
  2.  Jullie kunnen de toegevoegde waarde/productiewaarde berekenen m.b.v. een formule.
  3.  Jullie kunnen een definitie geven van het begrip Bruto Binnenlands Product (BBP).
  4.  Jullie kunnen het Bruto Binnenlands Product (BBP) berekenen m.b.v. een formule.
  5.  Jullie kunnen een definitie geven van het begrip primaire inkomen.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Lien

Besteed extra aandacht aan post 4, 7 en 8 met de leerlingen. Over de betreffende posts gaat de leerstof van deze les. 
Toegevoegde waarde.
Toegevoegde waarde (= productiewaarde) = de waarde die een bedrijf (de producent) toevoegt aan de ingekochte grond- en hulpstoffen.
€500.000,-
€2.000.000,-
Fast Food
Toegevoegde waarde:
€1.500.000,-

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Toegevoegde waarde.
Hoe bereken je de toegevoegde waarde?
- Toegevoegde waarde = omzet – inkoopwaarde grond- en hulpstoffen.
- Toegevoegde waarde  = loon + rente + huur + pacht + winst.
De optelsom van alle inkomens.
!

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


De toegevoegde waarde: ...
A
Is de waarde van het verkochte product.
B
Is de waarde die je af moet trekken van je verkoopprijs.
C
Is de verkoopprijs van het product min de ingekochte goederen en diensten.

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hebt een kapotte BMW ingekocht voor €50.000, je repareert de auto en verkoopt hem voor €70.000. Je toegevoegde waarde is: ...
A
€10.000,-
B
€20.000,-
C
Ik hebt juist verlies.
D
Weet ik niet.

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig aan het werk.
Opdracht:
Maak zelfstandig opgave ... op blz. ... Overleggen is toegestaan. 
Hulp nodig?
1. Gebruik je boek.
2. Vraag aan je klasgenoot.
3. Vraag aan je 
docent.
Klaar?
Meld je bij je docent.
Na ... minuten gaan we klassikaal de opdracht bespreken. Je geeft dan antwoord als je de beurt krijgt. Let op! Je moet je antwoord kunnen 
uitleggen.  
timer
5:00

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bruto Binnenlands Product (BBP) en inkomen.
Bruto Binnenlands Product (BBP) = totale geldwaarde van alle in een land geproduceerde goederen en diensten gedurende een bepaalde periode.

Bruto Binnenlands Product (BBP) =  de primaire inkomens in een land + afschrijvingen.


Primaire inkomen = het inkomen dat verdiend wordt in het productieproces. Voorbeelden: loon, rente, huur, pacht en winst.
Is dus gelijk aan de productie(waarde) en toegevoegde waarde.
!

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Het bbp is...
A
Het totaal van alle geproduceerde goederen en diensten.
B
Economische groei.
C
Bruto buitenlands product.
D
Hoeveel rente een land betaalt over hun staatsschuld.

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is het meten van het bbp niet altijd de beste methode om de welvaart te meten in een land?

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting.
Wat kunnen jullie nu?
  1. Jullie kunnen een definitie geven van het begrip toegevoegde waarde/productiewaarde. 
  2. Jullie kunnen de toegevoegde waarde/productiewaarde berekenen m.b.v. een formule.
  3. Jullie kunnen een definitie geven van het begrip Bruto Binnenlands Product (BBP).
  4. Jullie kunnen het Bruto Binnenlands Product (BBP) berekenen m.b.v. een formule.
  5. Jullie kunnen een definitie geven van het begrip primaire inkomen.
Het huiswerk:
Maak opgaven ... op bladzijde .... vóór de eerst volgende les.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions