Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
3.8 Grammatica woordsoorten - soorten ww en nw deel
Bij Nederlands!
1 / 24
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
24 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
2 vidéos
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Bij Nederlands!
Slide 1 - Diapositive
Te laat of ....... absent gemeld?
Slide 2 - Diapositive
Raadsel van de dag
Welke natte ramp
vond op
1 februari 1953
plaats?
Slide 3 - Diapositive
Wat je in deze les leert...
1.
Drie soorten werkwoorden
2. Naamwoordelijk deel van het ng
3. Toets Lezen bespreken
Slide 4 - Diapositive
soorten werkwoorden
1. zelfstandig werkwoord (zww)
2. koppelwerkwoord (kww)
3. hulpwerkwoord (hww)
Slide 5 - Diapositive
Vaak bij een wg!
Slide 6 - Diapositive
Wat is het zww?
Mijn broer heeft opgetreden bij het open podium van de Dalton.
Slide 7 - Carte mentale
wg
=
doe
je
ng
=
ben je
Slide 8 - Diapositive
In een ng zit een kww.
Wat is een koppelwerkwoord?
Slide 9 - Carte mentale
Koppelwerkwoorden
Het koppelwerkwoord
verbindt
het onderwerp aan een bijvoeglijk of een zelfstandig naamwoord.
Slide 10 - Diapositive
zijn worden blijven blijken lijken schijnen
+ heten dunken voorkomen
9 koppelwerkwoorden:
Slide 11 - Diapositive
9 Koppelwerkwoorden
ZWABBELS
+hdv
zijn, worden, blijven, blijken, lijken, schijnen
+heten, dunken en voorkomen
Slide 12 - Diapositive
Het naamwoordelijk gezegde
bestaat uit 2 delen:
Werkwoordelijk deel
: alle werkwoorden
Naamwoordelijk
deel
: alle andere woorden
Slide 13 - Diapositive
Wat zijn het werkwoordelijk én naamwoordelijk deel in deze zin?
Eind vorige eeuw werden de Japanse emoji populair.
Slide 14 - Question ouverte
hulpwerkwoord
Om het infinitief en het voltooid deelwoord te kunnen gebruiken in een zin, is een hulpwerkwoord nodig.
Bijvoorbeeld: hebben, zijn, worden, zullen, willen, kunnen, moeten.
Jan heeft gefietst.
Jan zal hard fietsen.
hww = heeft, zww = gefietst
hww = zal, zww = fietsen
Slide 15 - Diapositive
Wat is het hww?
Mijn broer zal gaan meedoen aan 'The Voice kids'.
Slide 16 - Carte mentale
Slide 17 - Vidéo
Snap je het naamwoordelijk deel en ken je de drie soorten werkwoorden?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 18 - Sondage
Wat?
§ 3.8 Grammatica woordsoorten:
opdrachten 3 - 7 + 9
Hoe?
Online Ta!ent
Hulp?
Boek, klasgenoot, Straver
Resultaat?
Huiswerk
Leerdoel
3 soorten werkwoorden
naamwoordelijk deel van het ng
Klaar?
Daltontaak week 5/6
Slide 19 - Diapositive
Toets Lezen bespreken
Slide 20 - Diapositive
Welke natte ramp
vond op 1 februari 1953 plaats?
Slide 21 - Carte mentale
Slide 22 - Vidéo
Wat weet je nu?
Slide 23 - Diapositive
Volgende keer
Succes
en
tot
de volgende keer!
Slide 24 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
wg/ng
Mars 2021
- Leçon avec
24 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
5. HAVO - H5 Kww- Naamwoordelijk gezegde
Mai 2018
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Nw gez + zww, hww en kww
Octobre 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
3.7 en 3.8 Grammatica - herhaling
Septembre 2023
- Leçon avec
32 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2VG 3.8 Grammatica woordsoorten
Janvier 2021
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
naamwoordelijk gezegde
Janvier 2021
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
herhaling hww zww kww wg en ng
Janvier 2021
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
3.8 Grammatica woordsoorten - soorten ww deel 1
il y a 25 jours
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1