p3 les 3 skills brandwonden, SHOCK, wonddrukverband

1 / 49
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 49 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe was jullie vakantie?

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

EHBO
Na deze les 
  •  kan je vertellen hoe te handelen bij diverse soorten wonden
  • weet je wat shock is en hoe te handelen 
  • Wanneer 112 gebeld moet worden bij brandwonden
  • kan je een wonddrukverband en een steunverband aanleggen


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

noem symptomen van ontsteking

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijt- en krabwonden 
(bv. van mens, hond, kat)​
Een bijtwond van een mens kan heel gevaarlijk zijn(veel bacteriën, risico van HIV)​

  • Controleren op tetanus (langer dan 10  jr geleden opnieuw inenten)​
  • Schoonspoelen met water​
  • Ontsmetten​
  • Afdekken met pleister of verband​
  • Bij grote bijt- of krabwond naar arts​
  • Bij eerste ontstekingsverschijnselen direct arts inschakelen​







Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken
  • Vuur = bijvoorbeeld vlam in de pan
  • Hitte = bijvoorbeeld heet oppervlak (oven) of heet water
  • Wrijving = bijvoorbeeld schuren over een wegdek
  • Straling = bijvoorbeeld van de zon of bij bestraling
  • Chemisch = bijvoorbeeld bijtende schoonmaakproducten

Extreme kou heeft hetzelfde effect = noem je een vrieswond

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Brandwonden
                                                                      - Eerstegraads verbranding      
                                                                 - Tweedegraads brandwond
                                                              - Derdegraads brandwond

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bel 112 bij brandwonden aan..
  • Luchtwegen (te veel rook inademen)
  • Gezicht, oren, handen, voeten, gewrichten of geslachtsdelen
  • Volledige nek, romp of ledematen (rondom)
  • Bij twijfel van ernst of diepte van de brandwond.

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe koel je brandwonden?
A
met lauw stromend water, net boven de wond
B
met koud water, op de wond
C
met koud water, net boven de wond
D
met lauw water, op de wond

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer hoef je GEEN hulp in te schakelen?
A
Als het een volwassene is van 62 jaar met een brandwond
B
Als de schouders door de zon 1e graads verbrand zijn
C
Als een peuter een hete oven aanraakt
D
Als er hete dampen worden ingeademd

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De behandeling van wonden hangt af van de soort wond.
Er zijn verschillende manieren om infectie van een wond te voorkomen. Welke manier is niet juist?
A
Een wond reinigen met schoon leidingwater
B
Het gebruiken van desinfecterende middelen
C
Een wond direct afplakken
D
Hygiënisch werken bij het verbinden

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

ERNSTIGE bloedingen:  
ARTS is eindbehandelaar 


  • Geef druk op de wond  
  • Dek de wond steriel af (snelverband, drukverband, traumazwachtel) 
  •  Houd het slachtoffer in de gaten i.v.m. gevaar op shock 

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is shock?
  • Door een te lage bloeddruk ontstaat shock. De EHBO'er kan voorkomen dat het erger wordt.
  • Shock kan lijken op een flauwte, maar bij een flauwte komt het slachtoffer snel weer bij. 
  • Een shock kan direct na een ongeval optreden, maar ook enige uren daarna. 

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaak:
Actieve inwendige 
of uitwendige bloeding

andere oorzaken:
  1. slecht functioneren van het hart
  2. brandwonden
  3. uitdroging
  4. vergiftiging
  5. zeer ernstige allergische reacties.

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herkennen van Shock

  • grauw/bleek
  • nagelbedden bleek
  • klam en zweet komt na     wegvegen niet terug
  • dorstig
  • oppervlakkige, snelle ademhaling en hartslag
  • angstig / onrustig

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doe je
als eerste bij:
A
afdekken met deken
B
112 bellen
C
vitale functies controleren
D
iets te drinken geven

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Materiaal nodig voor wonddrukverband
gerold snelverband zit in papieren verpakking
In plaats van gerold snelverband mag je ook het gaasje en fixatiewindsel van het hoofd of vingerverband gebruiken

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 37 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 38 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 39 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Een cliënt is door een ruit gevallen. Zij heeft verschillende snijwonden. Haar rechterbovenarm bloedt hevig.

Welke eerste hulp verleen jij?
TIP
Meerdere antwoorden mogelijk.

A
Je laat de cliënt op een stoel zitten.
B
Je legt een wonddrukverband aan als dat mogelijk is en schakelt deskundige hulp in.
C
Als het kan, leg je het getroffen lichaamsdeel hoog.
D
Als er een voorwerp uit de wond steekt, haal je dat eruit.

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het slachtoffer heeft ondertussen behoorlijk wat bloed verloren en ziet bleek. Wat kan er gebeuren? Vul het juiste woord in.

Het slachtoffer kan in ......... raken.

Slide 41 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Soms moet je een slachtoffer met een wond naar een arts verwijzen.

Bij welke wonden verwijs je een slachtoffer door? TIP
Meerdere antwoorden mogelijk.

A
Een slachtoffer met een wond die erg vuil is
B
Een slachtoffer met een diepe snijwond
C
Een slachtoffer met een pijnlijke kleine brandwond
D
Een slachtoffer met een bijtwond op de hand

Slide 42 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

aan de slag                                

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdrachten Thieme Meulenhoff
Module 9.2 opdracht 5 t/m 8  

Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Steunverband

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij
Kneuzing van spieren en gewrichten
  Verstuiking van gewrichten en banden
  1. Koel  met een coldpack  10-20 min.
  2. Adviseer rust.
  3. Verwijder sieraden 

nodig: ideaalzwachtel
             kleefpleister
Leg het getroffen lichaamsdeel hoog

Slide 46 - Diapositive

Bij de Ottawa Ankle Rules worden de volgende controles uitgevoerd:
Onmogelijkheid om de aangedane enkel te belasten (oftewel: 4 stappen kunnen zetten)
Drukpijn achter de mediale malleolus
Drukpijn achter de laterale malleolus
Drukpijn op de basis van de 5e metatarsale
Drukpijn op het os naviculare
Les 4 skills verband aanleggen
Maken in Thieme Meulenhoff:
Hoofdstuk 28 vraag 1, 3 , 4 , 5

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdrachten Thieme Meulenhoff
Maak Module 9.2 opdracht 5 t/m 8  

Slide 48 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

VRAGEN?

Slide 49 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions