PD 1. Wat is democratie?

PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE 
Maatschappijleer 



1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE 
Maatschappijleer 



Slide 1 - Diapositive

Waar denk je aan bij "democratie"?

Slide 2 - Carte mentale

Overheidsfinanciën:
De overheid heeft geld nodig om zaken van algemeen belang te kunnen betalen.  Om aan geld te komen kan de overheid: 

  • Belasting heffen

  • Geld lenen
  • Minder uitgeven

Slide 3 - Diapositive

Noem 3 zaken die van algemeen belang zijn:

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Representatieve democratie

Slide 7 - Diapositive

Kenmerken parlementaire democratie:
  • Burgers hebben politieke grondrechten: volk bepaalt wie bestuur vormt + vrije / geheime verkiezingen.
  • Er is een machtenscheiding (trias politica).
  • Er is individuele vrijheid.
  • Politie en leger hebben wettelijk beperkte bevoegdheden
  • Er bestaat onafhankelijke rechtspraak.
  • Er bestaat persvrijheid.

Slide 8 - Diapositive



  • Gekozen parlement = hoogste machtsorgaan.
  • Uitvoerende macht = gekozen door het parlement.
  • Vaak een niet-gekozen staatshoofd.


  • Volk kiest parlement en president.
  • President heeft veel politieke macht.
  • President = hoofd van de regering,  kan ministers benoemen en ontslaan.
  • President kan meestal niet het parlement ontbinden.
Parlementair stelsel =
Presidentieel stelsel =
NL = ook een constitutionele monarchie

Slide 9 - Diapositive

Dictatuur?

Slide 10 - Carte mentale

Is de wereld meer of minder democratisch geworden tijdens de afgelopen 10 jaar?
A
Meer
B
Minder

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Kenmerken autoritair regime:

  • Een machtenscheiding ontbreekt. 
  • Geen onafhankelijke rechters. 
  • Grondrechten worden niet gerespecteerd. 
  • Er bestaat geen vrije pers. 
> Censuur: mediaberichten worden door de overheid gecontroleerd.
  • Oppositiepartijen zijn verboden. 
  • Het leger heeft een belangrijke politieke rol.
  • Er is sprake van verkiezingsfraude, manipulatie en geweld.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

OPDRACHTEN:
Opdrachten
READER

Slide 17 - Diapositive