Wat leuk dat je door wilt gaan met Engels. Ik heb een tweede les voor je gemaakt. Deze keer ga je leren over je dagelijkse routine. Dus hoe laat wordt je wakker, sta je op, ga je naar school.. allemaal dat soort dingen. Good luck!!
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1
Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Hello Dean
Daar ben ik weer.
Wat leuk dat je door wilt gaan met Engels. Ik heb een tweede les voor je gemaakt. Deze keer ga je leren over je dagelijkse routine. Dus hoe laat wordt je wakker, sta je op, ga je naar school.. allemaal dat soort dingen. Good luck!!
Slide 1 - Diapositive
Daily routines
Vanaf de volgende dia's krijg je een verhaaltje te zien over Phineas and Ferb.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
I Get up
Slide 4 - Diapositive
I take a shower
Slide 5 - Diapositive
I get dressed
Slide 6 - Diapositive
I have breakfast
Slide 7 - Diapositive
I brush my teeth
Slide 8 - Diapositive
I go to school
Slide 9 - Diapositive
I play in the garden
They play in the garden.
Slide 10 - Diapositive
I have lunch
Slide 11 - Diapositive
I have dinner
Slide 12 - Diapositive
I go to bed
Slide 13 - Diapositive
daily routines
Weet jij wat de volgende zinnen betekenen?
1. I get up
2. I take a shower
3. I get dressed
4. I have breakfast
5. I brush my teeth
Slide 14 - Diapositive
daily routines
1. I get up = ik sta op
2. I take a shower = ik neem een douche
3. I get dressed = ik kleed me aan
4. I have breakfast = ik eet ontbijt / ik ontbijt
5. I brush my teeth = ik poets mijn tanden
Slide 15 - Diapositive
daily routines
Weet jij wat de volgende zinnen betekenen?
6. I go to school
7. I play in the garden
8. I have lunch
9. I have dinner
10. I go to bed
Slide 16 - Diapositive
daily routines
6. I go to school = ik ga naar school
7. I play in the garden = ik speel in de tuin
8. I have lunch = ik eet mijn middageten / ik lunch
9. I have dinner = ik eet mijn avondeten / ik dineer
10. I go to bed = ik ga naar bed
Slide 17 - Diapositive
Video
Dean, op de volgende dia ga je naar een liedje luisteren en kijken.
Kijk en luister goed, welke nieuwe woorden leer je?
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Vidéo
What do you do every day?
Wat je hoorde:
I take a bath = ik neem een bad
I ride a bike = ik rijd op mijn fiets / ik fiets
Wat je zag:
I read a book = ik lees een boek
I swim = ik zwem
I go to the beach = ik ga naar het strand
I drive a car = ik rijd in een auto
Slide 20 - Diapositive
Wat betekent: I take a shower
A
ik neem een koekje
B
ik neem een douche
C
ik neem een bad
D
ik neem een sprong
Slide 21 - Quiz
Wat betekent: I have breakfast
A
ik eet avondeten
B
ik eet lunch
C
ik eet snack
D
ik eet ontbijt
Slide 22 - Quiz
Wat betekent: I brush my teeth
A
ik kleed me aan
B
ik sta op
C
ik word wakker
D
ik poets mijn tanden
Slide 23 - Quiz
Wat betekent: I get dressed
A
ik kleed me aan
B
ik sta op
C
ik word wakker
D
ik poets mijn tanden
Slide 24 - Quiz
Wat betekent: I ride my bike
A
ik rijd in mijn auto
B
ik rijd op mijn step
C
ik rijd op mijn fiets
D
ik rijk op mijn schaten
Slide 25 - Quiz
Almost done (bijna klaar)
Dean, ik hoop dat je het weer een leuke les hebt gevonden. je hebt nu geleerd hoe je zegt wat je iedere dag doet. De laatste dia is nog een leuke video met Mister Bean.