Biologie V1 §3.1 Zintuigen en prikkels

vandaag
Lesson up §3.1 uitleg
opgaven maken

Toets terug en bespreken

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

vandaag
Lesson up §3.1 uitleg
opgaven maken

Toets terug en bespreken

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 3    Waarnemen
gaat over: 
  • zintuigen, prikkels, reageren
  • zien
  • horen
  • ruiken en proeven
  • hersenen

Slide 2 - Diapositive

deze week §3.1 zintuigen en prikkels
Je leert:

  • welke zintuigen je hebt en waar
  • welke prikkels erbij horen
  • hoe je lichaam reageert op prikkels en de rol van het zenuwstelsel.

Slide 3 - Diapositive

Dieren moeten hun omgeving kunnen waarnemen om te overleven. Ze moeten kunnen reageren.

Slide 4 - Diapositive

Je neemt je omgeving waar met zintuigen.

  • gezichtszintuig. (licht zintuig)
  • gehoor zintuig
  • reuk zintuig
  • smaak zintuig
  • warmte zintuig
  • koude zintuig
  • tast zintuig
  • pijn zintuig

Slide 5 - Diapositive

  • gezichtszintuig. (licht zintuig)
  • gehoor zintuig
  • reuk zintuig
  • smaak zintuig
  • warmte zintuig
  • koude zintuig
  • tast zintuig
  • pijn zintuig

Slide 6 - Diapositive

Bij elk soort zintuig past een bepaalde prikkel.
Prikkels
  • licht
  • geluid
  • geurstoffen
  • smaakstoffen
  • hoge temp.
  • lage temp.
  • voorwerpen
  • pijn


Zintuigen
  • gezichtszintuig (licht zintuig)
  • gehoor zintuig
  • reuk zintuig
  • smaak zintuig
  • warmte zintuig
  • koude zintuig
  • tast zintuig
  • pijn zintuig

Slide 7 - Diapositive

Prikkel verwerking

  1. een zintuig zet een prikkel om in een elektrisch signaal = impuls
  2. impulsen gaan via gevoelszenuwen naar de hersenen.
  3. waarneming, je wordt je bewust van de prikkel
  4. Je kunt reageren op de prikkel : de hersenen sturen impulsen via bewegingszenuwen naar spieren.

Slide 8 - Diapositive

Wat is waar over een zintuig
A
Een zintuig zet een impuls om in een prikkel
B
Bij elk zintuig hoort een eigen soort prikkel
C
Zintuigen geven signalen door naar de hersenen
D
Bewegingszenuwen lopen naar zintuigen toe

Slide 9 - Quiz

wat is waar over een gevoelszenuw?
A
Er gaan prikkels doorheen
B
hij loopt van de hersenen af
C
hij loopt naar de hersenen toe
D
hij loopt naar een spier toe.

Slide 10 - Quiz

zenuwcel

korte uitlopers

cel lichaam met celkern

 lange uitloper

De lange uitlopers zitten samen in een zenuw.

Slide 11 - Diapositive

prikkel-> impuls in gevoelszenuw -> hersenen -> impuls in bewegingszenuw -> spier

Slide 12 - Diapositive

1
2
3
4
5
hersencentrum
impuls door motorische= bewegingszenuw
spier
prikkel
impuls door sensorische = gevoelszenuw

Slide 13 - Question de remorquage

  • impulsen lopen door de zenuwen naar de hersenen (of ervan af).

  • een gedeelte van de zenuwen ligt in het ruggenmerg.

  • zenuwstelsel = hersenen, zenuwen en ruggenmerg.

Slide 14 - Diapositive

Een gedeelte van de hersenen waar de impulsen van bepaalde gevoelszenuwen samenkomen noem je een hersencentrum.

Slide 15 - Diapositive

Leg in eigen woorden uit wat een prikkel is en wat een impuls is?

Slide 16 - Question ouverte

Vragen?
Zelf aan het werk.
huiswerk voor woensdag 18 december
§3.1 leren (toepassen niet) en opgave 1, 3, 5 tm 12 en 15 maken in je werkboek en nakijken.

woensdag 18 december: geen KWT maar biologie les!

Slide 17 - Diapositive

Op welke manier heb je je voorbereid op de toets?
(alles doorgelezen, begrippenlijst, samenvatting, laten overhoren, mindmap, aantekeningen, lesson up terugkijken, geoefend op biologie pagina, test jezelf gemaakt, anders.......)

Slide 18 - Question ouverte