3.1 Kleurrijk Nederland

Mens en Maatschappij
Cursus 3.1 Kleurrijk Nederland
Hoofdstuk 3: samen leven
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute VBLeerroute VK

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Mens en Maatschappij
Cursus 3.1 Kleurrijk Nederland
Hoofdstuk 3: samen leven

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Dit hoofdstuk:
  • 3.1 Kleurrijk Nederland 
  • 3.2 De Romeinse samenleving
  • 3.3 Hoe werd het Christendom belangrijk? 
  • 3.4 Omgaan met verschillen   
  • Proefwerk van het hele hoofdstuk (alle 4 de cursussen)

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Wat betekent cultuur?

Slide 5 - Question ouverte

Cultuur
Alle gewoonten en (gedrags)-regels die bij een volk of stam horen.

Slide 6 - Diapositive

Doel van de les

Je leert over de multiculturele samenleving van Nederland.

Slide 7 - Diapositive

Wat is volgens jou typisch
voor de Nederlandse cultuur?

Slide 8 - Carte mentale

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Allochtoon




Wanneer jij, of één van je ouders in het buitenland geboren is.
Autochtoon




Wanneer jij én allebei je ouders in Nederland zijn geboren.

Slide 13 - Diapositive

Mijn vader is in Turkije geboren, mijn moeder en ik in Nederland.
Ik ben een:
A
Autochtoon
B
Allochtoon

Slide 14 - Quiz

Mijn ouders zijn geboren in Duitsland. Zelf ben ik in Nederland geboren. Ik ben een:
A
Autochtoon
B
Allochtoon

Slide 15 - Quiz

Ik en mijn familie komen uit Nederland. Ik ben een:
A
Allochtoon
B
Autochtoon

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Wanneer ben je een Nederlander?
  • Als je een Nederlands paspoort of een identiteitskaart hebt ben je een Nederlander. 

  • Mensen die geen Nederlands paspoort of identiteitskaart hebben, zijn  geen Nederlanders.

Slide 18 - Diapositive

Wat moet je doen?
Blz. 82 - 85 maken

  • Klaar?
Werk opbergen
Werk afmaken

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Het land waar je vertrekt, noemt jou een: 
Het land waar je naartoe gaat, krijgt een inwoner bij. Zij noemen je een:

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive