Keuzevak Assisteren Gezondheidszorg

Keuzevak Assisteren Gezondheidszorg
  • H1. beroepen en werkvelden.
  • H2. Frontofficewerkzaamheden.
  • H3. De werkomgeving verzorgen.
  • H4. Informeren en adviseren over zorg.
  • H5. gegevens verzamelen over de gezondheid
  • H8. Mondverzorging.
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 4

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Keuzevak Assisteren Gezondheidszorg
  • H1. beroepen en werkvelden.
  • H2. Frontofficewerkzaamheden.
  • H3. De werkomgeving verzorgen.
  • H4. Informeren en adviseren over zorg.
  • H5. gegevens verzamelen over de gezondheid
  • H8. Mondverzorging.

Slide 1 - Diapositive

Welke beroepen zijn er op gebied van assisteren in de gezondheidszorg?
  • Doktersassistent (huisartsenpraktijk)
  • Tandartsassistent
  • Apothekersassistent
  • Medisch secretaresse ( aan de balie bij een specialist in een ziekenhuis)
  • Assistent consultatiebureau

Slide 2 - Diapositive

Wat is juist over een medisch beroepsgeheim?
Medisch beroepsgeheim
De arts mag nooit medische gegevens doorgegeven aan anderen.
De arts mag alleen met toestemming van cliënt medische gegevens doorgeven.
De arts mag medische gegevens doorgegeven in noodsituaties.

Slide 3 - Question de remorquage

Een medisch secretaresse zorgt ervoor dat medische dossiers gearchiveerd zijn.
  • Archiveren betekent dat ze alle gegevens op juiste manier verwerkt in het patiëntendossier.
  • Bijvoorbeeld als er bloed geprikt is, zet zij de datum waarop dit is gebeurd en de uitslag erin .
  • Archiveren is belangrijk.
  • Stel er gebeurt iets met de patiënt, dan kan de arts heel snel de laatste gegevens terug vinden.

Slide 4 - Diapositive

Een doktersassistent(e) is het visitekaartje van de dokterspraktijk. Wat betekent dit?

Slide 5 - Question ouverte

Omgaan met vragen.
  • Open vragen.
  • Gesloten vragen.
  • Controlevragen. 

Slide 6 - Diapositive

Open vragen.
  • Beginnen met een vragend voornaamwoord.
  • Hoe ga jij je voorbereiden op de toets van Z&W?

Slide 7 - Diapositive

Gesloten vragen:
  • Kun je meestal alleen maar ja en nee op antwoorden.
  • Beginnen meestal met een werkwoord.
  • Heb jij al geleerd voor de toets van Z&W?

Slide 8 - Diapositive

Controlevraag:
  • Je wilt controleren of het 'klopt', of het begrepen is?
  • Is ook een gesloten vraag.
  • Begint dus met een werkwoord.
  •  Begrijp ik het goed dat je nog niet hebt geleerd?

Slide 9 - Diapositive

Mevr. Jansen belt op dat ze een afspraak wil bij de dokter omdat ze huiduitslag heeft. Ze kan niet op woensdag komen.
Jij zegt: 'Dus u wilt graag een afspraak bij de dokter, maar kunt niet op woensdag. Klopt dit? Dit is:
A
Een open vraag
B
Een gesloten vraag
C
Een controlevraag

Slide 10 - Quiz

Eva kletst altijd tijdens de les bio, heeft nooit haar huiswerk af. Haar cijfer is dan ook zorgwekkend. De docent praat er met Eva over en vraagt aan het einde:
'Herken je wat ik zeg?

A
'Dit is een open vraag.
B
Dit is een gesloten vraag.
C
Dit is een controlevraag

Slide 11 - Quiz

Houd jij van chocolade-paaseitjes?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag
C
Controlevraag

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Diapositive

Hoe gaat het vandaag met jou?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag
C
Controlevraag

Slide 14 - Quiz

Een doktersassistente moet steriel kunnen werken.
  •  Er op letten dat ziekteverwekkende micro-organismen niet overgebracht worden op andere patiënten door:
  •  materialen te reinigen ( voor materialen die je gebruikt als de huid nog in tact is, bijv. stethoscoop, reflexhamer)
  • materialen te desinfecteren ( voor materialen die in aanraking komen met slijmvliezen, bijv. een keelspiegel)
  • materialen te steriliseren (= 100% bacterievrij- voor materialen die direct in contact komen met weefsels en organen, bijv. tijdens operaties)

Slide 15 - Diapositive

Liz is gevallen en heeft een schaafwond. Ik moet deze wondranden:
A
Reinigen
B
Desinfecteren
C
Steriliseren

Slide 16 - Quiz

De materialen die hier gebruikt worden zijn:
A
Gereinigd
B
Gedesinfecteerd
C
Gesteriliseerd

Slide 17 - Quiz

Welke materialen 'reinig' je in een praktijk op welke manier om bacteriën te verminderen/ verwijderen?
Reinigen
desinfecteren
Steriliseren
Verbandschaar
operatiemes
keelspiegel
Neusspeculum

Slide 18 - Question de remorquage

Er komt een nieuwe voorraad verbandmaterialen binnen. Jij pakt ze in de kast volgens het Fifo- systeem.
Welke zin laat het Fifo-systeem zien?
A
De nieuwe controleren op temperatuur.
B
Bij het wegpakken kijken of het niet stuk is.
C
De nieuwe vóór de oude in de kast pakken.
D
De nieuwe achter de oude in de kast pakken.

Slide 19 - Quiz

Eerstelijnszorg
  • kun je ZONDER  verwijzing gebruik van maken.
  • huisarts
  • apotheek
  • fysiotherapie
  • maatschappelijk werk
  • consultatiebureau
Tweede lijnszorg
  • je hebt eerst een verwijsbrief van je huisarts nodig.
  • Specialist in een ziekenhuis
  • vb. kinderarts, longarts
  • revalidatiecentrum
  • psychische hulp

Slide 20 - Diapositive

Wat betekent ziektepreventie?

Slide 21 - Question ouverte

De gebruikte dosering van ibuprofen voor volwassenen en kinderen vanaf 12 jaar:
Eerste dosis is 400 mg, zo nodig gevolgd door 200-400mg. per keer, met een maximum van 1200 mg. per dag.
Hoeveel tabletten mag Loek van 16 jaar maximaal per dag innemen? Hij heeft een doosje met tabletten van 200 mg.

A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 22 - Quiz

Wat is de toedieningswijze van deze medicatie?
A
Oraal
B
Rectaal
C
Intraveneus

Slide 23 - Quiz

Wat is de toedieningsvorm van deze paracetamol zetpil?
A
Oraal
B
Rectaal
C
Intraveneus
D
Oplossen in water en opdrinken.

Slide 24 - Quiz

Noem een voorbeeld van vrij verkrijgbare medicijnen ofwel zelfhulpmiddelen.

Slide 25 - Question ouverte

BMI- Body Mass Index
  • = de verhouding tussen je gewicht en je lengte.
  • het laat zien of je een gezond gewicht hebt.
  • Formule: zie hiernaast.
  • Hoe hoger de BMI, hoe gevaarlijker voor de gezondheid
  • zie schema boek blz. 182

Slide 26 - Diapositive

Sander is 1.85m. lang. Hij weegt 93 kilo.
Wat is zijn BMI?

Slide 27 - Question ouverte

Fatma heeft dikke billen en bovenbenen.
Jort heeft een dikke buik.
Wie heeft de grootste kans op gezondheidsrisico's?
A
Fatma
B
Jort

Slide 28 - Quiz

Iemand met veel buikvet en een hoge BMI heeft een groot risico op:
A
Ziekte van Parkinson, hart en vaatziekten, diabetes type 1
B
Diabetes type 2, kanker, hart- en vaatziekten.
C
COPD, hart- en vaatziekten, diabetes type 1
D
Hart- en vaatziekten, diabetes type 2, MS

Slide 29 - Quiz

Yesim heeft obesitas. Wat klopt over obesitas?
A
BMI is lager dan 18,5- Dit is ondergewicht.
B
BMI is tussen de 18.5 en 25. Dit is een gezond gewicht.
C
BMI tussen de 25-30. Dit is overgewicht. Het is beter om af te vallen.
D
BMI hoger dan 30. Dit is zeer gevaarlijk voor je gezondheid.

Slide 30 - Quiz

Jinte heeft anorexia en heeft 'bouwstoffen' nodig. Welke voedingsstof is een bouwstof?
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Vitamine C

Slide 31 - Quiz

Wat hoort bij welke temperatuur?
34 gr. 
36,5-37,5 gr.
37.5-38 gr. 
38 gr. en hoger
Onderkoeling
Koorts
Verhoging
Normale temperatuur

Slide 32 - Question de remorquage

Meneer Janssen heeft een hoge bloeddruk. De diëtiste geeft als voedingsadvies:
A
Gebruik vooral voeding met verzadigde vetten.
B
Gebruik vooral voeding met onverzadigde vetten.

Slide 33 - Quiz

Onverzadigde vetten:
  • Zijn vetten die Oké zijn.
  • Vooral in plantaardige producten ( olijfolie, zonnebloemolie)
  • in vette vis 
  • in ongezouten noten.

Verzadigde vetten:
  • zijn de Foute vetten
  • vooral in producten die van dieren  afkomstig zijn.
  • vlees
  • volle melk, volle yoghurt
  • kaas
  • pakjes boter
  • chips
  • gefrituurde lekkernijen

Slide 34 - Diapositive

Een goede tandenstoker
A
Is van hout en driehoekig.
B
Is van hout en rond.
C
Is van plastic en driehoekig.
D
Is van plastic en rond.

Slide 35 - Quiz

Hoe heet het gedeelte van de tand tussen de
tandwortel en tandkroon?
A
Pulpa
B
Tandhals
C
Wortelkanaal
D
Tandglazuur

Slide 36 - Quiz

Hoe heet het gedeelte van de kies dat onder het tandvlees ligt?
A
Pulpa
B
Tandhals
C
Tandwortel
D
Tandkroon

Slide 37 - Quiz

Wat kun je nog meer gebruiken om te leren voor de theorietoets?
  • LessonUp H6. Veel voorkomende ziekten per leeftijdsfase (Teams)
  • LessonUp. H7. ICT en zorgtechnologie. (Teams)
  • Boek H8: anatomie van tanden en kiezen (tekening blz. 235) en het stukje over tandenstokers ( blz. 245)
  • PowerPoint Bloeddruk. (Teams)
  • Van ieder hoofdstuk de begrippenlijsten.
  • Test je kennis ( digiplein.com)
  • de PowerPoints van de uitgever (Teams)

Slide 38 - Diapositive