overleg voeren

Overleg voeren
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Overleg voeren

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Situatie 1

Het TT-Instituut heeft teveel zwerfafval op het terrein liggen. De studentenraad heeft gevraagd of jullie willen meedenken over een oplossing. Je overlegt met twee medestudenten om samen tot een oplossing te komen. Deze oplossing sturen jullie naar de studentenraad.


Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Situatie 2
Het team heeft recent veranderingen doorgemaakt met nieuwe leden en veranderde verantwoordelijkheden. Teamleden merken een gebrek aan informele interacties en verminderde teamcohesie op.

Doel: Het overleg is gericht op het plannen van een teambuildingsactiviteit om de teamgeest te versterken, met speciale aandacht voor het integreren van nieuwe leden en het bevorderen van effectieve samenwerking.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je het overleg met je collega's?
A
collegiale consultatie
B
werkoverleg
C
pauze

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de taken van een voorzitter?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorzitter

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zorg je dat je tijdens een overleg aan het woord komt?
A
Je wacht tot er een stilte van.
B
Je maakt de zin van een ander af.
C
Je reageert op een vraag die een andere spreker stelt.
D
Alle antwoorden zijn goed.

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is notuleren?
A
Gesprekstechniek waarbij er sprake is van éénrichtingsverkeer
B
Het uitwisselen van informatie
C
Het schriftelijk vastleggen van wat er besproken is in een overleg.
D
Gesprekstechniek waarbij je het gesprek een bepaalde richting op stuurt.

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

NOTULIST
  • notuleert 
  • vaste notulist of wisselende notulist
  • document waarin alles vastgelegd wordt = notulen
  • notulen worden verspreid en volgend overleg doorgenomen/ gecontroleerd. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taken
  • Voorzitter
  • Notulist
  • Deelnemers
Schrijf een mail om iedereen uit te nodigen voor het werkoverleg, inclusief de agenda

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een overleg
  • Er is meestal een voorzitter en een notulist.
  • De voorzitter geeft de beurten, denk eraan dat iedereen aan de beurt komt en wat zegt.
  • De notulist maakt aantekeningen.
  • Iedereen brengt zijn mening/oplossing in en uiteindelijk wordt er 1 uitgekozen. 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een overleg voeren
  • Bereid het overleg voor.
  • Maak 5-tallen
  • Kies een voorzitter en een notulist
  • Een drietal voert het overleg en een ander drietal luistert en observeert.
  • Na het gesprek geven de observanten feedback.
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

WB Gesprekken voeren taak 4 opdracht 6 (blz. 316) starttaal compact 3F