Rekenen geldsommen

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenBasisschoolGroep 4

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Hoeveel cent is 1 euro?

Slide 3 - Question ouverte

Hoeveel cent zie je ?

Slide 4 - Question ouverte

Hoeveel cent zie je?

Slide 5 - Question ouverte

Hoeveel cent zie je?

Slide 6 - Question ouverte

Sleep 35 cent naar het spaarvarken. Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 7 - Question de remorquage

Sleep 65 cent naar het spaarvarken. 
Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 8 - Question de remorquage

Sleep 60 cent naar het spaarvarken. Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 9 - Question de remorquage

Sleep 25 cent naar het spaarvarken. Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 10 - Question de remorquage

Sleep 55 cent naar het spaarvarken. Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 11 - Question de remorquage

Sleep 30 cent naar het spaarvarken. Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 12 - Question de remorquage

Sleep 85 cent naar het spaarvarken. Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 13 - Question de remorquage

Sleep 80 cent naar het spaarvarken. Gebruik zo min mogelijk munten.

Slide 14 - Question de remorquage

Gepast betalen 
De zonnebril kost 15 euro. Ze heeft 2 briefjes van 10 euro en 2 briefjes van 5 euro. Ze wil graag gepast betalen. Waarmee betaald ze?

Slide 15 - Diapositive

Korting 
Zhouan wil een broek kopen van 20 euro. Ze krijgt 5 euro korting. Hoe veel moet ze nog betalen? 

Slide 16 - Diapositive

Schatten
Maria heeft 35 euro. De zonnebril kost 9,95 euro en de trui 21 euro. Heeft Maria genoeg geld om beide spullen te kopen? 

Slide 17 - Diapositive

Geld wisselen 
(Een groot bedrag ruilen voor een klein bedrag of andersom)

De pen kost 1,50 euro. Alice betaald met 2 euro. Hoe veel wisselgeld krijgt Alice?

Slide 18 - Diapositive

Precies genoeg geld geven
A
Gepast betalen
B
Schatten
C
Wisselen
D
Korting

Slide 19 - Quiz

Een groot bedrag omruilen voor kleinere munten
A
Gepast betalen
B
Schatten
C
Wisselen
D
Korting

Slide 20 - Quiz

Ongeveer kijken of je genoeg geld hebt
A
Gepast betalen
B
Schatten
C
Wisselen
D
Korting

Slide 21 - Quiz

Minder betalen dan de echte prijs
A
Gepast betalen
B
Schatten
C
Wisselen
D
Korting

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Het kost: 70 cent.

Je betaalt met:
 
 Hoeveel krijg je terug?

Slide 26 - Question de remorquage

Het kost: 80 cent

Je betaalt met: 

Hoeveel krijg je terug?

Slide 27 - Question de remorquage