8.6
1 / 22
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Lien
Waar denk je aan bij de 'verzorgingsstaat'?
Slide 4 - Carte mentale
Stelling:
De verzorgingsstaat maakt mensen lui.
De verzorgingsstaat maakt mensen lui.
Slide 5 - Carte mentale
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Waar worden werkloosheid uitkeringen van betaald?
A
premie's
B
loon
C
belastinggeld
Slide 10 - Quiz
Wanneer krijg je een AOW-uitkering?
A
Als je ziek bent geworden
B
Als je ouder bent dan 66 jaar
C
Als je werkeloos bent geworden
D
Als je genoeg verdient hebt
Slide 11 - Quiz
Hoe heet een uitkering als je je baan verliest
A
Werknemersuitkering
B
Bijstandsuitkering
C
Ww-uitkering
D
WIA-uitkering
Slide 12 - Quiz
Uitkeringen voor werknemers worden betaald uit de belastingen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quiz
Je hebt recht op Bijstand als
A
je minstens 1 jaar gewerkt hebt
B
je een Nederlands paspoort hebt
C
je geen ander inkomen hebt
D
je 67 jaar of ouder bent
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Diapositive
Stelling:
De uitkeringen moeten laag zijn want anders gaan mensen niet werken.
De uitkeringen moeten laag zijn want anders gaan mensen niet werken.
Slide 16 - Carte mentale
Slide 17 - Diapositive
De rol van de overheid in de verzorgingsstaat zou actief moeten zijn volgens:
A
De liberalen
B
De sociaaldemocratenf
C
De christendemocraten
Slide 18 - Quiz
Burgers hebben veel eigen verantwoordelijkheid (zelf zorgen dat je een baan hebt en inkomen!) zeggen:
A
De liberalen
B
De sociaaldemocratenf
C
De christendemocraten
Slide 19 - Quiz
Deze stroming wil een actieve overheid en ongelijkheid tegengaan.
A
Sociaal-democratie
B
Liberalisme
C
Christen-democratie
D
Rechtsextremisme
