Thema 2 - les 3

Thema 2
Het lichaam - dag 3
Ik leer Nederlandse ...
  • woorden
  • zinnen

Ik: 
  • kijk en lees
  • luister en spreek
  • schrijf op

Ik kan:
  • luisteren, spreken, lezen en schrijven
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
ISKMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Thema 2
Het lichaam - dag 3
Ik leer Nederlandse ...
  • woorden
  • zinnen

Ik: 
  • kijk en lees
  • luister en spreek
  • schrijf op

Ik kan:
  • luisteren, spreken, lezen en schrijven

Slide 1 - Diapositive

Tip: zet devices tijdens de les uit bij aanbod van de woorden.
Herhaling woorden dag 2

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het woordenschrift
  • Je leert 12 woorden (beter) kennen.

  • Je gaat in het woordenschrift schrijven.

  • Schrijft de vertaling erbij als dat kan.

  • Schrijf een korte zin als dat kan.
(t)huiswerkopdracht: Typ het woord.
Tik op de hotspot en toon de schrijfwijze van het woord.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de rug
  • Meervoud (2+): 






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): het been
  • Meervoud (2+):  de benen






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de knie
  • Meervoud (2+): de knieën






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 6 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de enkel
  • Meervoud (2+): de enkels






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 7 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de voet
  • Meervoud (2+): de voeten






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 8 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de teen
  • Meervoud (2+): de tenen






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de nagel
  • Meervoud (2+): de nagels






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): 
  • Meervoud (2+): de hersenen






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): het hart
  • Meervoud (2+): 






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de long
  • Meervoud (2+): de longen






Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 13 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de darm
  • Meervoud (2+): de darmen





Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 14 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Enkelvoud (1): de bil
  • Meervoud (2+): de billen





Beluister het woord.
(t)huiswerkopdracht: 
Typ het woord.

Slide 15 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Samengevat, de woorden van dag 3 zijn:
Enkelvoud (1):
de rug
het been
de knie
de enkel
de voet
de teen
de nagel

het hart
de long
de darm
de bil
Meervoud (2+):

de benen
de knieën
de enkels
de voeten
de tenen
de nagels
de hersenen

de longen
de darmen
de billen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  1. Maak de oefeningen in het werkboekje.
  2. Zelfcontrole, is het goed geschreven?







  • Klaar? Lees in het leesboekje.
Aan het werk met de woorden
timer
30:00
Thema 2
dag 3

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkvorm(en):
voorzetsels:
TPR - Uitbeelden
- Wat doe ik? Wat doe jij?
- Wie ben ik? Wat ben ik? Waar ben ik? 

Korte zinnen maken (spreekoefening)
Maak met elk woord een korte zin met de zelfstandige naamwoorden van deze week. 



Probeer zoveel mogelijk verschillende zinnen te maken met elkaar. Opschrijven hoeft niet.
Als (vrijwillig) huiswerk opschrijven mag wel.
BZVNW
ik - mijn
hij - zijn
zij - haar
pakken
wijzen naar
leren
staan
zitten
kijken naar
horen
praten met
met
naar
Met woorden aan het werk (1)
... Wie?
1
... doet wat?
2
... de rest van de zin.
3
VNW
1
WW
2
VZ + ZNW
3

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

woordweb
Opdracht: Typ minimaal 15 woorden die je in thema 2 hebt geleerd.
  • Stuur elk woord apart in.
  • Probeer het zoveel mogelijk uit je hoofd te doen.
timer
5:00

Slide 20 - Carte mentale

Zet de devices aan en laat leerlingen de woorden naar het bord sturen. Lukt dat zonder te spieken?

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

  1. Ga naar www.nt2school.nl en log in bij DigLin+.
  2. Kom terug naar LessonUp.
  3. Klik op onderstaande links om te oefenen.
Klanken




Lezen

  1. Lezen 1
  2. Kies een tekst.
  3. Lees en luister.
  4. Maak oefeningen.
  5. Vul het evaluatieblad in.

d - t

Slide 22 - Diapositive

Oren in de knoop: d - t
218 - Variaties Wat hoor je?
214 - Spellingsketting

Hoe leuk was de les vandaag?

Slide 23 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions


Ik heb woorden geleerd.

Slide 24 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions