H5 2.5 mutaties

Je moet vier oorzaken van mutatie kennen. Noem er zoveel mogelijk.
1 / 10
suivant
Slide 1: Question ouverte
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Je moet vier oorzaken van mutatie kennen. Noem er zoveel mogelijk.

Slide 1 - Question ouverte

Herhaling mutaties

Slide 2 - Diapositive

Waardoor is er meestal geen merkbare verandering bij mutatie in 1 cel?

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Diapositive

Is dit een puntmutatie of een chromosoommutatie?
A
puntmutatie
B
chromosoommutatie

Slide 5 - Quiz

Omschrijf de mutatie

Slide 6 - Question ouverte

Is het geslacht van deze persoon man of vrouw?
A
man
B
vrouw
C
anders

Slide 7 - Quiz

Puntmutaties
Een nucleotidenpaar..

is veranderd (substitutie)
is weg (deletie)
is toegevoegd (insertie)

Slide 8 - Diapositive

Welke puntmutatie heeft de minste gevolgen?
A
veranderd nucleotidenpaar
B
verdwenen nucleotidenpaar
C
toegevoegd nucleotidenpaar

Slide 9 - Quiz

Geen
insertie
substitutie
deletie
Een gen als een zin wat een mop

Een gna lse enz inw ate enm op
Een gee nal see nzi nwa tee nmo p
Een gen als een zin wot een mop
Een gen zin wat een mop

Slide 10 - Question de remorquage