Hoofdletters

Interactieve video
De hoofdletters
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Interactieve video
De hoofdletters

Slide 1 - Diapositive

Wanneer schrijf je hoofdletters?

Slide 2 - Carte mentale

14

Slide 3 - Vidéo

00:23
Wat denk jij?
A
Herman Van Veen
B
Herman van Veen

Slide 4 - Quiz

00:23
Wat denk jij?
A
Zuid-Holland
B
zuid-Holland

Slide 5 - Quiz

01:09
Directe rede

= de letterlijke weergave van iemands woorden in een tekst


Bv. Ze zei kwaad: ‘Ik denk dat ik dan maar eens opstap!’
Indirecte rede

= als iemands woorden in een tekst niet letterlijk worden weergegeven

Bv. Toen zei ze kwaad dat ze maar eens opstapte.

Slide 6 - Diapositive

01:24
Extra info over aanhalingstekens
Kijk goed naar de hoofdletters en leestekens! (We gaan hier nog dieper op in de volgende les)
Beginaanhaling
‘Ik ga naar huis’ zei papa.

Eindaanhaling
Papa zei: ‘Ga naar huis.’

Onderbroken aanhaling
‘Weet jij', vroeg ze, ‘of hij morgen komt werken?'

Slide 7 - Diapositive

02:41
Kan je de volgende zin juist schrijven met hoofdletters en aanhalingstekens?

mevrouw van derbeke zei: ga je mee naar het concert van herman van veen?


Slide 8 - Question ouverte

04:43
Even kort testen:
Wat is juist?
A
12 Leerlingen zitten in de klas.
B
12 leerlingen zitten in de klas.

Slide 9 - Quiz

04:43

A
kerstvakantie
B
Kerstvakantie

Slide 10 - Quiz

04:43

A
‘S morgens eet ik cornflakes.
B
‘s Morgens eet ik cornflakes.
C
S’ morgens eet ik cornflakes.
D
s’ Morgens eet ik cornflakes.

Slide 11 - Quiz

04:43
Welke hoofdletterregel is niet juist?
A
de voornaam en familienaam van een persoon schrijven we met een hoofdletter.
B
Namen van merken krijgen een hoofdletter.
C
Namen van afgeleide woorden krijgen een hoofdletter.
D
Namen van verenigingen en instellingen krijgen een hoofdletter.

Slide 12 - Quiz

04:43
Welke hoofdletterregels worden hier toegepast?
herman van veen

Slide 13 - Question ouverte

04:44

Slide 14 - Lien

04:44
Dit was alle theorie rond hoofdletters. Nu tijd om te oefenen.

Ga naar de volgende link en maak de oefeningen.

Slide 15 - Diapositive

04:44
Feedback oefening 7 tot 12
7) Palestijns: volkeren krijgen een hoofdletter
8) 23 mensen raakten ...: Als een zin met een cijfer begint, wordt het eerstvolgende woord met kleine letter geschreven.
9) winter: seizoenen schrijf je met een kleine letter
10) Geachte redactie: eerste letter van een zin krijgt een hoofdletter
11) de heer A. van der Ster: voornamen en familienamen krijgen een hoofdletter. Soms krijgen voorzetsels en lidwoorden in familienamen geen hoofdletter.
12) zondag: dagen van de week krijgen een kleine letter

Slide 16 - Diapositive

04:44
Feedback oefening 1 tot 6
1) btw: afkorting van belasting over de toegevoegde waarde
2) het noorden: windrichtingen schrijf je met kleine letters
3) Palestijn: volkeren krijgen een  hoofdletter
4) middeleeuwen: tijdperken krijgen een kleine letter
5) PvdA: afkorting van Partij van de Arbeid
6) mevrouw Van Velzen: Wanneer de familienaam voorkomt zonder voornaam, dient het voorzetsel/lidwoord wel met een hoofdletter geschreven te worden.

Slide 17 - Diapositive