Introductie CKV en Cultureel zelfportret

Welkom bij CKV!
Culturele en Kunstzinnige Vorming
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

Cette leçon contient 41 diapositives, avec diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij CKV!
Culturele en Kunstzinnige Vorming

Slide 1 - Diapositive

introductie CKV
en 
Cultureel zelfportret

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

CKV= culturele en kunstzinnige vormgeving

Kunst vs. Cultuur

 Wat is cultuur?


Wanneer is iets kunst?



Cultuur is..
Cultuur zijn de gewoonten en gebruiken, waarden en normen die gelden binnen een bepaalde samenleving.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Kunstdiciplines
schilderkunst
beeldhouwkunst
theater, muziek en dans
fotografie en film
grafische vormgeving/media
literatuur en mode
toegepaste kunst



Slide 7 - Diapositive

Het Kunstdossier
  • Hierin leg  je jouw ervaringen met Kunst en Cultuur vast.
  • Dit kan zijn: een verslag, een foto van gemaakt werk, een opdracht of tekening gemaakt in de les.
  • Aan het eind van het jaar kun je laten zien wat je allemaal gedaan en geleerd hebt. Per periode een cijfer.
  • Het Kunstdossier moet met een V of G afgesloten worden.


Slide 8 - Diapositive

Waardoor heb je iets aan een kunstvak
Bij de kunstvakken ontwikkel je kennis en inzicht over de verschillende kunsten,
over vormgeving, materialen en technieken en over kunst- en cultuur- geschiedenis

Maar je leert ook nog heel veel andere mentale vaardigheden die je met name bij de kunstvakken goed leert.

Daarnaast kijken we veel naar het werk van kunstenaars en hoe zij iets maken,
waardoor je ook leert inzien hoe een professional werkt en hoe jij in jouw
werkwijze daarvan kunt leren.

Je leert over de wereld binnen de school en de wereld daarbuiten, in heden en verleden.




Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

doelen ckv
Je leert jezelf uit te drukken in 2D en 3D, dit noem je expressie
Je kunt procesmatig werken;  volgens opdracht werken 
Je traint je fantasie en voorstellingsvermogen
Je leert om op ideeen te komen 
Je leert creatief denken, hoe kun je iets mooi of bijzonder vormgeven
je leert te reflecteren: wat ging goed, wat kon anders?

Slide 11 - Diapositive

CKV, een vak voor iedereen

 

De meeste Nederlanders zijn actief kunstbeoefenaar: zij zingen, dansen, acteren, schilderen, fotograferen en schrijven verhalen of gedichten.
Nog veel meer mensen luisteren naar muziek, kijken films of gaan wel eens naar een voorstelling in het theater of een naar een concert.

CKV is een actief vak, kunst is actief:
je wordt uitgenodigd je verbeeldingskracht te gebruiken,
je te verplaatsen in een andere wereld,
of de wereld met een nieuwe blik te bekijken,
kortom: een open en onderzoekende houding te tonen





Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Kunst wordt ingedeeld in kunstdisciplines: de manier iets verteld wordt en waarop het gemaakt is.

1. Muziek
2. Theater (Dans- Toneel - Cabaret)
3. Beeldende kunst (beelden, installaties, schilderijen, tekeningen
4. Architectuur (gebouwen, bruggen, pleinen)
5. Film (films, series)
6. Literatuur (romans en gedichten)
7. Fotografie
8. Nieuwe media (videokunst, animatie, digitale bewerkingen, graphics)
9. Mode
10. Toegepaste kunst (product design + grafische vormgeving)


Slide 15 - Diapositive

Muziek

Slide 16 - Diapositive

Theater

Dans - toneel - cabaret in 1 filmpje: Jiri Kilian

Slide 17 - Diapositive

Beeldende kunst

Slide 18 - Diapositive

Beeldende kunst

Slide 19 - Diapositive

Beeldende kunst

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Architectuur

Slide 22 - Diapositive

Film
alle genres - alle soorten

Slide 23 - Diapositive

Literatuur

Slide 24 - Diapositive

Fotografie

Slide 25 - Diapositive

Nieuwe media

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Mode

Slide 28 - Diapositive

Toegepaste kunst

Slide 29 - Diapositive

Cultureel erfgoed

Erfgoed is al het materiële en immateriële dat belangrijk is geweest in de geschiedenis.

Materieel: voorwerpen, gebouwen, voertuigen enz.
Immaterieel: gedachten, meningen, gebeurtenissen

Voorbeelden kunstdisciplines:

Molens - klapschaatsen - Spijker auto - windmolens - Boerderij baander - Nijntje


Slide 30 - Diapositive

Cultureel Zelfportret 1

aan het begin van het schooljaar bepaal je welke ervaringen jij met kunstdisciplines en cultureel erfgoed hebt.
Dat doe je door het te tonen, in te delen via de stellingen en vorm te geven

Aan het einde van het schooljaar maak je de balans op wat er bij gekomen is

Slide 31 - Diapositive

Beantwoord de stellingen over kunst: wat heb jij met de kunstdisciplines?
Geef antwoord met een collage portret

Stap 1.
1.  Muziek
2. Theater (dans- Toneel - Cabaret)
3. Beeldende kunst (beelden, installaties, schilderijen, tekeningen
4. Architectuur (gebouwen, bruggen, pleinen)
5. Film (films, series)
6. Literatuur (romans en gedichten)
7. Fotografie

Kies bij elke kunstdiscipline een voorbeeld dat jouw smaak toont op een plaatje: plak deze in een Word-document: beschrijf bij welke stelling ze horen
Kies 5 voorbeelden van voor jou belangrijk cultureel erfgoed in Nederland en zoek een plaatje: plak deze in het Word-document en beschrijf de stelling


Slide 32 - Diapositive

stap 2.
Toon jouw mening en smaak wat betreft de kunstdisciplines en het erfgoed in een portret.
Bekijk de 9 voorbeeldend en het slechte voorbeeld.
Kies een "format": getekend - fotocollage
Kies een compositie en houding van je hoofd

stap 3.
Maak het collage portret
Kies de plek waar je de stellingen in en om je hoofd plaatst en de daarbij behorende plaatjes
Kies zelf materialen om het hoofd te maken en de achtergrond

Stap 4.
Maak een foto van het eindresultaat en lever dit via Magister.Me in

Slide 33 - Diapositive

Je werkstuk moet aan het volgende criteria voldoen:

1. elk plaatje toont jouw smaak van de bepaalde kunstdiscipline
2. er zijn 7 kunstdisciplines te zien
3. het geheel is ingedeeld met plaatsen voor de  4 stellingen
4. elk plaatje is op een plek getekend of geplakt die een stelling toont
5. elk plaatje overlapt of grenst strak aan alle kanten aan een ander plaatje of de rand
    van het blad of hoofdvorm
6. er is zo weinig mogelijk wit
7. er is formaat verschil tussen de plaatjes
8. er is duidelijk een hoofd te zien dat op jouw hoofd lijkt
9. er is duidelijk te zien welke stelling jij het belangrijkste vindt
10. er is duidelijk te zien wat jouw smaak is per kunstdiscipline

Slide 34 - Diapositive

Het maken van een woordspin

Slide 35 - Diapositive

Voorstelling: realistisch hoofd: foto of gestileerd hoofd getekend
                        getekend of teksten -  hoofd en face of en profil

Slide 36 - Diapositive

rustige achtergrond - kleuren en vormen die informatie geven over jou
realistische indeling - cartoonachtige gedeformeerde indeling

Slide 37 - Diapositive

fel gekleurde gestileerde tekeningen in 1 richting - 
plaatjes met verschillende kleuren en veel overlapping

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

half-half kan ook
Veel wit  zonder overlapping kan niet

Slide 40 - Diapositive

Periode 1 (tot herfstvakantie)
Kunstdossier:                                           Beeldende Vorming:  
  • voorkant                                               Graffiti
  • cultureel zelfportret
  • culturele activiteit 1 

Slide 41 - Diapositive