Literatuurgeschiedenis ME

Vandaag
  • Lezen
  • Ontwikkeling van het Nederlands en het begin van de literatuurgeschiedenis 
  • Herhaling A4 literatuur middeleeuwen
  • Uitleg presentaties literatuurgeschiedenis
  • Groepjes maken en tekst kiezen
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vandaag
  • Lezen
  • Ontwikkeling van het Nederlands en het begin van de literatuurgeschiedenis 
  • Herhaling A4 literatuur middeleeuwen
  • Uitleg presentaties literatuurgeschiedenis
  • Groepjes maken en tekst kiezen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Middeleeuwen
De literatuurgeschiedenis van Nederland begint in de middeleeuwen. Voor die tijd zijn er geen overgeleverde teksten uit het Nederlands.

Slide 4 - Diapositive

Wat weet je van de middeleeuwen?

Slide 5 - Question ouverte

Welke kenmerken hebben middeleeuwse teksten?

Slide 6 - Carte mentale

Middeleeuwen 
historische context
De middeleeuwen duren van 500 tot 1500 en zijn verdeeld in de vroege middeleeuwen (500-1000), de hoge middeleeuwen (1000-1300) en de late middeleeuwen (1300-1500)
In de late middeleeuwen worden de steden langzamerhand  steeds belangrijker en de burgers in de steden krijgen steeds meer macht. Het oude leenstelsel waarin de adel alle macht had, begint af te brokkelen. 
In de hoge middeleeuwen onstonden de eerste steden in West-Europa en tegen betaling krijgen ze een zekere mate van zelfstandigheid. Dit is de tijd waarin de indrukwekkende kathedralen worden gebouwd en de eerste universiteiten ontstaan. In deze periode begint ook de Nederlandse literatuur.
De vroege middeleeuwen zijn voor de Nederlandse literatuur minder belangrijk, omdat er geen teksten zijn overgeleverd. Het is de tijd van de adel (ridders) en de geestelijken (priesters en monniken). Wie niet tot een van deze twee groepen behoorde, had niets te vertellen. De adel verdeelt het land door middel van het leenstelsel. De hoogste vorst leent land uit aan andere edellieden. Die zijn "de baas" in het gebied dat ze geleend hebben. In ruil daarvoor moeten ze trouw aan de vorst zweren en belasting betalen. Er waren nog geen steden in wat nu Nederland heet.

Slide 7 - Diapositive

Welke taal spraken de mensen in de middeleeuwen?

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

1500
1300
1100
600
Hoe oud zijn deze tekstfragmenten?
Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu
maltho thi afrio lito

Vraye historie ende al waer
maghic u tellen, hoort er naer! 
Het ghebuerde dat des heer Ghijsbrecht Mariken zijnder nichten seynden wilde in die stadt van Nieumeghen

Slide 10 - Question de remorquage

Allereerste Nederlandse literaire tekst

Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu



gevonden in een Oudengels prekenhandschrift, omstreeks 1100

Slide 11 - Diapositive

Wat denk je dat de zin betekent: Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu

Slide 12 - Question ouverte

Echte oudste Nederlandse zin
De zin olla vogala ... is wel de oudste literaire zin, maar niet het alleroudste Nederlands. Dat is: maltho thi afrio lito  

Deze zin stond in de Lex Salica een wetboek uit de zesde eeuw. Lex Salica, een oude wettekst uit de zesde eeuw. Die wet is in het Latijn geschreven, maar bevat behalve dit ene zinnetje ook nog wat woorden die behoren tot het Oudnederlands.
betekenis
Ik maak je vrij, halfvrije
Deze zin werd uitgesproken als een halfvrije (een soort slaaf) helemaal vrij werd gemaakt.
 

Slide 13 - Diapositive

De middeleeuwse maatschappij was theocentrisch. Wat betekent dat?
In het dagelijks leven ...
A
... staat de wetenschap centraal.
B
... staan God en godsdienst centraal.
C
... staan geld en economie centraal.
D
... staat iemand die Theo heet centraal.

Slide 14 - Quiz

Het leven in de middeleeuwen
De middeleeuwse cultuur is theocentrisch. God en alles wat met godsdienst (Rooms-Katholiek) te maken heeft staan centraal. Het leven na de dood is belangrijker dan het leven zelf. Een bekende spreuk is memento mori: gedenk te sterven. Probeer om in de hemel te komen.
De priesters en de monniken (de geestelijkheid) hebben daarom het meeste te vertellen. Zij zijn de belangrijkste stand.

Slide 15 - Diapositive

Het leven in de middeleeuwen

De tweede belangrijke stand was de adel. De adel had de wereldlijke macht verdeeld via het feodale stelsel ook wel het leenstelsel genoemd. Daarbij leent de koning (leenheer) zijn grond aan de leenmannen.
De leenheer verdeelt zijn grond in kleinere gebieden en leent  die uit aan zijn leenmannen (vazallen). In ruil voor het gebruik van de grond helpen de leenmannen hun leenheer als er gevochten moet worden. Essentieel is de onvoorwaardelijke trouw tussen leenman en leenheer.
De leenmannen kunnen de hun toebedeelde grond weer opdelen in kleinere gebieden en die weer uitlenen aan onderleenmannen (ondervazallen).  Ook hier geldt dat onvoorwaardelijke trouw essentieel is en dat de onderleenmannen hun leenheer helpen als er gevochten moet worden.

Slide 16 - Diapositive

Het leven in de middeleeuwen
Je hebt gezien dat de middeleeuwse maatschappij een standenmaatschappij was. Gedurende het grootste deel van de middeleeuwen waren er maar twee standen: de geestelijkheid en de adel. Pas vanaf de late middeleeuwen wordt een derde stand belangrijk: de burgerij. Dit zijn de inwoners van de steden.

Slide 17 - Diapositive

Literatuur in de middeleeuwen
Uit de vroege middeleeuwen is geen Nederlandse literatuur overgebleven. Dat komt doordat in die tijd verhalen niet werden opgeschreven, ze werden alleen verteld. We noemen dat orale literatuur. Pas in de hoge middeleeuwen begint men heel af en toe verhalen op te schrijven op perkament, zodat wij ze nog steeds kunnen lezen.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Welke titels hebben jullie vorig jaar gelezen?
A
Beatrijs, Elckerlyc, Reis van de Bontekoe, Sara Burgerhart
B
Sara Burgerhart, Mariken v Nimwegen, Elckerlyc, Karel ende Elegast, Op hoop van zegen
C
Sint Brandaan, Karel ende Elegast, Elckerlyc, Beatrijs
D
Op hoop van zegen, Van den vos Reynaerde, Beatrijs, Elckerlyc

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Wat wil je dit jaar leren over literatuurgeschiedenis?

Slide 23 - Carte mentale

Mijn inzet voor de lessen literatuur gaat er zo uitzien:
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Sondage

Boekdrukkunst
De uitvinding van de boekdrukkunst aan het einde van de middeleeuwen (1445)  werd gedaan door Johannes Gutenberg. Gutenberg heeft uitgevonden dat je kon drukken met losse letters. Voor die tijd kon men wel al een complete pagina van een boek uit hout snijden (blokboek) en deze drukken. Maar dat was verschrikkelijk veel werk. 

Slide 25 - Diapositive


Slide 26 - Sondage

Hofdag
Hofdag: Een hofdag was vroeger in verhalen een bekend verschijnsel. Het was een dag waarop de koning al zijn vazallen, zijn edelen, bijeen riep om de klachten van het volk te horen en recht te spreken. 
(Reynaert de Vos - begint met een hofdag. Hier rechtspreken). 

Slide 27 - Diapositive

Symboliek in de middeleeuwen
  • Getallensymboliek
  • Kleurensymboliek
  • Bloemen- en plantensymboliek
  • Dierensymboliek

Slide 28 - Diapositive

Symboliek in de middeleeuwen
Getallensymboliek
  • twee = getal van het kwaad
  • drie = volmaaktheid, goddelijkheid
(heilige drie-eenheid)
  • zeven = God

Slide 29 - Diapositive

Symboliek in de middeleeuwen
Dierensymboliek
    • slang = duivel
    • vos = sluwheid
    • beer = hebzucht
    • hond = trouw

    Slide 30 - Diapositive

    Fabel

    • Dieren met menselijke eigenschappen.
    • Bevat een moraal (= wijze les).
    • Aesopus = Griekse fabeldichter
    • Esopet (onbekende auteur)
    • Jean de la Fontaine
    • Fabeltjeskrant (tv-serie)


    Dierepiek

    • Van den Vos Reynaerde
    • Satire op de ridderroman en de middeleeuwse samenleving

    Slide 31 - Diapositive

    Antropomorfe dieren in moderne werken

    Slide 32 - Diapositive