Taalverzorging les 2 - aan elkaar of los?

Jas aan de kapstok.
Telefoon in de koffer.
Op tafel: Laptop, lesboek
timer
5:00
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Jas aan de kapstok.
Telefoon in de koffer.
Op tafel: Laptop, lesboek
timer
5:00

Slide 1 - Diapositive

Vandaag:
  • Startopdracht
  • Instructie
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie

Slide 2 - Diapositive

Startopdracht
Jullie maken in tweetallen de opdrachten die jullie op het blaadje zien staan. Hier krijgen jullie acht minuten voor. Je mag een woordenboek gebruiken. 
                                                      Doel: Woordenschat vergroten.
timer
8:00

Slide 3 - Diapositive

Aan het eind van de les weet je: 
-. wanneer je woorden los of aaneen moet schrijven

Slide 4 - Diapositive

Instructie

Slide 5 - Diapositive

Instructie
In het Nederlands schrijf je twee of meer woorden aan elkaar als ze één begrip vormen. Dit doe je bijvoorbeeld bij:

  • samenstellingen die bestaan uit twee of meer zelfstandige naamwoorden.
Bijvoorbeeld: kassabon, bibliotheekpas, motorbootverzekering.

Slide 6 - Diapositive

Instructie
  • werkwoorden die beginnen met voorzetsels, zoals: na, op, over, uit.

Bijvoorbeeld:
– Ik heb de hond uitgelaten. Wij gaan de hond uitlaten.

  • woorden met er-, daar-, hier- en waar- plus een voorzetsel.
Bijvoorbeeld: erin, daarachter, hierbij, waarover.



Slide 7 - Diapositive

Toepassen
Hoe komt het dat zij denkt dat de winkel weggaat?

Slide 8 - Diapositive

Snel klaar?
Wanneer je snel klaar bent met de opdrachten, dan mag je aan jouw presentatie werken.  

Begrijp je de uitleg nog niet helemaal?  Extra instructie aan de instructietafel. 

Slide 9 - Diapositive

ZW
Jullie gaan aan het werk in Nieuw Nederlands - Hoofdstuk 2 Taalverzorging 1 - aan elkaar of los. 
Extra oefenen in Learnbeat!
timer
20:00

Slide 10 - Diapositive

Evaluatie
Lesdoel: aan het eind van de les weet ik wanneer woorden los of aaneen geschreven moeten worden. 
Heb je dit lesdoel behaald? 
zaterdag avond - zaterdagavond?
fulltimemedewerker - fulltime medewerker?
vijf sterren hotel - vijfsterrenhotel?

Slide 11 - Diapositive