Zinsontleding

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Zinsontleding

Blz.62 van je boek Taalverzorging

Lesdoelen

Aan het einde van deze les kun je:

• de persoonsvorm en onderwerp vinden
• het werkwoordelijk gezegde benoemen
• lijdend- en meewerkend voorwerp herkennen
  
• bijwoordelijke bepaling vinden

Hoe zat het ook alweer?

• persoonsvorm: de zin vragend maken of in een ander tijd zetten of meervoud enkelvoud maken en andersom
• werkwoordelijk gezegde: alle werkwoorden in een zin, dus ook de persoonsvorm.
• onderwerp: wie of wat +gezegde

Hoe zat het ook alweer? (2)

• lijdend voorwerp: wie/wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp
• meewerkend voorwerp: de vragen die je stelt: aan wie of voor wie?
• bijwoordelijke bepaling: waar, wanneer en hoe vragen. 

Op welke manier vind je de persoonsvorm niet

1. De zin vragend maken
2. De zin in een andere tijd zetten
3. Enkelvoud meervoud maken of andersom
4. De zin achterstevoren lezen

wat is het werkwoordelijk gezegde in een zin?

1. de persoonsvorm
2. de persoonsvorm+andere werkwoorden in de zin
3. de persoonsvorm plus lijdend voorwerp
4. de persoonsvorm plus onderwerp

Wat is het onderwerp in deze zin: Minister Slob heeft besloten om de scholen te openen.

1. De scholen
2. Openen
3. Minister Slob
4. heeft besloten

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin? Mijn moeder kreeg een bos bloemen

1. Mijn moeder
2. kreeg
3. kreeg een bos bloemen
4. een bos bloemen

Zoek het meewerkend voorwerp: zij geeft Tim een nieuwe fiets.

1. Zij
2. een knikker
3. Tim
4. een nieuwe fiets

Jordy eet vandaag snoep. Wat is de bijwoordelijke bepaling in deze zin?

1. Vandaag
2. Jordy eet
3. Eet snoep
4. Jordy

Zinsontleding

pv/wg

o

lv

MW

 Op woensdagmiddag 

 pas

 ik

altijd

 op

 mijn buurmeisje.

Zinsontleding

pv/wg

o

lv

Hij

pakte

het dikke boek

uit de boekenkast.

Zinsontleding

pv/wg

o

lv

Deze serie

heb

ik

al drie keer

gezien.

Zinsontleding

pv/wg

o

lv

Zij 

kocht 

gisteren

een taart

voor haar moeder.