1.5: Lengte en tijd

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 1: Natuurkunde en scheikunde

Paragraaf 5: Lengte en tijd

Leerdoelen

• Je kunt van een aantal meetapparaten uitleggen waarvoor je ze gebruikt.
• Je kunt het verschil uitleggen tussen analoge en digitale meetapparatuur.
• Je kunt beschrijven wat een grootheid en wat een eenheid is.
• Je kunt de tijd aflezen op een stopwatch.
• Je kunt de lengte meten in centimeter en millimeter.
• Je kunt centimeter en millimeter naar elkaar omrekenen.

Meetapparatuur

Welke zie je?             Analoog en digitaal

Wat kun je ermee meten?

Grootheid en eenheid

Een grootheid is iets wat je kunt meten

De eenheid is de maat die je gebruikt. Die staat achter het getal.

De afstand van school naar de supermarkt is 500 meter.

Mijn leeftijd is 13 jaar

Tijd meten

Welke eenheden ken je voor het meten van de tijd?

Lengte meten

Kies je meetapparaat goed! 

Hoe reken je om van cm naar mm? En andersom?

5 cm = ... mm                     5 mm = ... cm

Aan de slag!

Maak opgave 1 t/m 14

Blz 37, 38, 41, 42, 44 en 45

Klaar? Pak je geodriehoek en maak proef 2 op blz 42 en 43.

Antwoorden

Leerdoelen

• Je kunt van een aantal meetapparaten uitleggen waarvoor je ze gebruikt.
• Je kunt het verschil uitleggen tussen analoge en digitale meetapparatuur.
• Je kunt beschrijven wat een grootheid en wat een eenheid is.
• Je kunt de tijd aflezen op een stopwatch.
• Je kunt de lengte meten in centimeter en millimeter.
• Je kunt centimeter en millimeter naar elkaar omrekenen.