Modale werkwoorden Duits les twee

MODALE WERKWOORDEN OEFENEN
De klas moet maar snel weg= dürfen, können, mögen, müssen, sollen, wollen
1 / 16
suivant
Slide 1: Question ouverte
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

MODALE WERKWOORDEN OEFENEN
De klas moet maar snel weg= dürfen, können, mögen, müssen, sollen, wollen

Slide 1 - Question ouverte

dürfen: Danny.........auf die Fete.

Slide 2 - Question ouverte

können: Er .........gut Englisch.

Slide 3 - Question ouverte

mögen: Ich........Spinat.

Slide 4 - Question ouverte

dürfen: Ihr........nur heute 10 Minuten eher nach Hause.

Slide 5 - Question ouverte

Vertaal het werkwoord moeten (het kan niet anders) in het Duits?

Slide 6 - Question ouverte

Vertaal het werkwoord mogen, toestemming hebben in het Duits.

Slide 7 - Question ouverte

Vertaal het werkwoord willen (heel sterk) je eigen in het Duits.

Slide 8 - Question ouverte

Vertaal het werkwoord iets/ iemand aardig, lusten iets lekker vinden in het Duits.

Slide 9 - Question ouverte

Wat betekent het werkwoord moeten, vanuit de wil van een ander, bevel in het Duits.

Slide 10 - Question ouverte

houden van: ........dein Bruder Gemüse?

Slide 11 - Question ouverte

moeten, wil van een ander: Ich ........ mich bei Ihnen melden.

Slide 12 - Question ouverte

mogen: ........du Samstag mit ins Kino?

Slide 13 - Question ouverte

wollen:.......du heute zu mir kommen?

Slide 14 - Question ouverte

müssen: Du.......zum Zahnarzt.

Slide 15 - Question ouverte

moeten het kan niet anders: Morgen.........wir nicht in die Schule.

Slide 16 - Question ouverte