H1.3 les 7 Rekenen aan mengels

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

H1 Stoffen en materialen

Les 7 

rekenen aan mengsels

NOVA 3V H1.3

leg klaar:

• laptop (dicht) 
  
• schrift
• rekenmachine
  

Terugblik op een vorige les......

Wat weten jullie nog over mengsels?

Soorten mengsels

enzovoort voor alle zes de soorten mengsels

nr.	naam	gemengde stoffen	helder of troebel	homogeen of heterogeen
1	oplossing	vloeistof + vaste stof of vloeistof of gas	helder	homogeen
2	suspensie	vloeistof + vaste stof	troebel	heterogeen
3	emulsie	vloeistof + vloeistof	troebel (na schudden)	heterogeen

Soorten mengsels

enzovoort voor alle zes de soorten mengsels

nr.	naam	gemengde stoffen	helder of troebel	homogeen of heterogeen
4	gasmengsel	gas + gas	helder	homogeen
5	nevel	fijn verdeelde vloeistof in gas	niet helder	heterogeen
6	rook	fijn verdeelde vast stof in gas	niet helder	heterogeen

Welk soort mengsel is dit?

1. oplossing
2. suspensie
3. emulsie

Welk mengsel is altijd helder?

1. suspensie
2. oplossing
3. emulsie
4. emulgator

Water gemengd met zand is een

1. suspensie
2. emulsie
3. oplossing

Hoe heet het mengsel van een vloeistof in een gas?

1. schuim
2. rook
3. oplossing
4. nevel

Hebben jullie vragen over verschillende soorten mengsels of het huiswerk?

Leerdoelen

Je kunt berekeningen uitvoeren aan de samenstelling van mengsels:

• gehalte in g/L
• massa%
• volume%

Deze les

• uitleg & aantekeningen: laptop dicht --> NOTEER in je schrift

Keuze:

• check of je het hebt begrepen: vragen in LU
• zelf verder oefenen: NOVA online of in schrift

Mengsel op macro-niveau

Mengsel op micro-niveau

NOTEER

de eenheid van gehalte is gram per Liter ( g/L)

Hoeveel zuurstof zit er in lucht?

 NOTEER

Voorbeeld

Lucht bevat 21 volume % zuurstof

1 liter lucht bevat 0,21 x 1 = 0,21 liter zuurstof

Hoeveel cacao zit er in melkchocola?

NOTEER

Voorbeeld 

Het massapercentage cacao in melkchocola is 35%

Een reep melkchocola van 100 g bevat 0,35 x 100 = 35 g cacao

 

Wat is een handige eenheid om aan te geven hoeveel suiker er in Cola zit?

Een flesje sportdrank met een inhoud van 330 mL bevat 21 g opgelost suiker.

Bereken het gehalte suiker in g/L

1. 15,7 g/L
2. 63,6 g/L
3. 0,0636 g/L

uitwerking

gegeven     21 g suiker in 330 mL sportdrank

formule

berekening                   330 mL = 0,330 L

                                           gehalte = 21 g / 0,330 L = 63,6 g/L

uitwerking met verhoudingstabel

Soms is het makkelijk om een verhoudingstabel te gebruiken

gram	21 g
Liter	0,330 L	1 L

Keuzemoment 

Doe je mee of ga je zelfstandig werken?

Meedoen: meedoen met de les, klassikaal oefenen

Zelfstandig werken: zelfstandig in stilte werken aan 

opdracht 4, 9 en 10 van H1.3

Het volumepercentage zuurstof in lucht is 21 %

Hoeveel mL zuurstof is aanwezig in 2,00 L lucht?

1. 420 mL
2. 42,0 %
3. 11,0 %
4. 9,52 mL

uitwerking

gegeven     21 % zuurstof in 2,00 L lucht

formule

berekening       100 % = 2,0 L lucht

                                     1% = 0,02 L
                                   21 % = 21 x 0,02 = 0,42 L = 420 mL zuurstof

uitwerking

gegeven     21 % zuurstof in 2,00 L lucht

formule

berekening       0,21 x 2,0 L = 0,42 L = 420 mL zuurstof

Een reep pure chocola van 250 g bevat 160 g cacao

Bereken het massapercentage cacao in pure chocola.

1. 1,56 %
2. 0,64 %
3. 64 %
4. 4000 gram

uitwerking

gegeven     250 chocola en 160 g cacao

formule

berekening                               160 g

                              massa % = ---------- x 100% = 64 %

                                                        250 g

                                     

Eigen werk

• Doorlezen: 27 t/m 29 (onderstreep, maak aantekeningen),        kijk goed naar de voorbeelden van de rekenopgaven
• Maken: H1.3 opgave 9 + 10 NOVA max online
  
• Extra oefenopgaven vind je in de vaardigheidstrainer bij H1.3

NOTEER IN JE AGENDA:
vrijdag 27 oktober PROEFWERK H1