Herhaling ELISA en bloedgroepenbepaling

• Biologie
• MBO
• Studiejaar 2

Herhaling

ELISA en bloedgroepenbepaling

Wat is het doel van een ELISA test?

1. Antigenen aantonen
2. Antilichamen aantonen
3. Antilichamen én antigenen aantonen
4. Antilichamen óf antigenen aantonen

Waar komt de naam sandwich vandaan bij een sandwich ELISA?

1. Antilichaam zit tussen 2 antigenen
2. Antigeen zit tussen 2 antilichamen

Wat is een conjugaat?

Waarom blocken we de wells na het coaten met albumine?

Zoek een plaatje van een directe ELISA.

directe ELISA

Indirecte ELISA

Sandwich ELISA

De groen gekleurde wells na incubatie zijn.....

1. Positief
2. Negatief

Waarom ontstaat er in een negatieve well geen kleurontwikkeling?

1. Er zit geen substraat in
2. Het conjugaat kan niet binden
3. Er is teveel antigeen aanwezig
4. De pH klopt niet

Waarom is het tussendoor wassen zo belangrijk?

Volgorde sandwich ELISA?

1

2

3

4

5

1e antilichaam

Albumine blocker

Antigeen

Conjugaat

Substraat

Bloedgroepenbepaling

Iemand heeft bloedgroep A en kan dus donorbloed van bloedgroep A ontvangen.

Welk donorbloed kan deze persoon nog meer ontvangen?

1. Bloedgroep B
2. Bloedgroep AB
3. Bloedgroep O

Iemand heeft bloedgroep A en wil zijn nier aanbieden aan iemand met bloedgroep B. Dit kan niet omdat?

1. Bloedgroep B bevat antilichaam-A.
2. Bloedgroep B bevat antilichaam-B.
3. Bloedgroep B bevat antigeen-A.
4. Bloedgroep B bevat antigeen-B.

Van wie kan iemand met bloedgroep 0 bloed krijgen?

1. Alleen van bloedgroep 0
2. Van iedereen.

Rodney heeft een bloedtransfusie nodig. Zijn bloedgroep is bloedgroep B. Welke
bloedgroep mag het transfusiebloed hebben?

1. alleen bloedgroep B
2. bloedgroepen A en O
3. alleen bloedgroep O
4. bloedgroepen B en O

Lisette laat haar bloedgroep bepalen. Hiervoor worden twee druppels van haar bloed op een glazen plaatje gebracht: druppel P en druppel Q. Aan druppel P wordt wat anti-A toegevoegd, aan druppel Q wat anti-B (zie de afbeelding hieronder).
Uit de bepaling blijkt dat Lisette bloedgroep A heeft.
Welke letter geeft het resultaat weer van de bloedgroepbepaling van Lisette?

1. letter R
2. letter S
3. letter T
4. letter U

Iemand met bloedgroep AB- heeft een transfusie nodig. Welk bloed kan hij veilig ontvangen?

1. AB+
2. B+
3. O-
4. A-

Wanneer levert de rhesus-factor problemen op bij een zwangerschap?

1. Moeder: rh+ Kind: rh-
2. Moeder: rh+ Kind: rh+
3. Moeder: rh- Kind: rh-
4. Moeder: rh- Kind: rh+

Iemand is Rh-, heeft deze persoon dan anti-lichamen tegen de Rhesus factor?

1. Ja
2. Nee

Leg uit waarom de uitslag van buis 1 en 2 tegenovergesteld moet zijn aan buis 7 en 8.