K3, T5, paragraaf 4, aanpassingen bij dieren

Ecologie
Thema 5, klas 3
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Ecologie
Thema 5, klas 3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ecologie
Paragraaf 5, aanpassingen bij dieren

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
5.4.1 Je kunt beschrijven hoe waterdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
5.4.2 Je kunt beschrijven hoe landdieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.
5.4.3 Je kunt beschrijven hoe vogels zijn aangepast aan hun leefomgeving.

Slide 3 - Diapositive

Deze slide introduceert de leerdoelen van de les. Bespreek kort wat de leerlingen verwachten te leren.
Wat is het verschil tussen abiotische en biotische factoren in de natuur?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Dieren die zich snel in het water kunnen voortbewegen zijn gestroomlijnd zodat ze zo weinig mogelijk tegendruk van het water hebben.
Sporters hebben deze techniek overgenomen om snel mogelijk te worden. Kijk maar naar het plaatje!

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanpassingen bij dieren
Om goed te kunnen functioneren, hebben dieren zich aangepast, aan hun omgeving. 
Kijk maar naar de vorm van verschillende zeedieren:

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Niet alleen vorm ook kleur!
Door schutkleuren te gebruiken, kunnen dieren zich 'verstoppen' in hun natuurlijke omgeving.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Landzoogdieren
De vorm van de poten van dieren is aangepast aan de ondergrond waarop ze leven. Beren zijn zoolgangers, katten zijn teengangers en paarden zijn hoefgangers.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Poten van Zoogdieren
Zoolgangers
teengangers
topgangers of hoefgangers

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dieren hebben zich op meer manieren aangepast

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanpassingen vogels
Snavels van vogels zijn aangepast aan hun omgeving en hun voedsel

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Poten van vogels








3 Een wilde eend heeft poten met zwemvliezen.



4 Een wulp heeft poten die geschikt zijn om in ondiep water te staan.



Zangvogels
roofvogels
loopvogels
watervogels
steltlopers
Wat zou de functie zijn van de verschillende poten bij deze vogels?

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Snavels van vogels
Kegelsnavel
pincetsnavel
haaksnavel
priemsnavel
zeefsnavel

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vogelsnavels en het voedsel

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanpassingen van dieren in het lokaal.
Wat zal de omgeving zijn waarin het dier leeft?

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenvatting
Dieren hebben zich aangepast aan hun omgeving om zo te kunnen overleven.

Slide 17 - Diapositive

Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk de relatie tussen fotosynthese, verbranding en voedselrelaties.
huiswerk paragraaf 5
Lezen en maken paragraaf 5, opdracht 1-7! 
Maak opdracht 4 in je schrift! 
Opdracht 4 is het maken van een samenvatting! Zorg dat je de samenvattingen van de verschillende paragrafen bij elkaar hebt zodat je deze weer kan gebruiken bij het leren!!!


Slide 18 - Diapositive

Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk de relatie tussen fotosynthese, verbranding en voedselrelaties.