3.4 De handel groeit weer





3.4 De handel groeit weer
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon





3.4 De handel groeit weer

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen waarom de landbouwproductie steeg en de handel en steden weer groeiden.
  • Je kunt de vier sociale lagen in een middeleeuwse stad noemen en twee functies van een gilde beschrijven.
  • Je kunt uitleggen dat de burgers van middeleeuwse steden machtiger werden.

Slide 2 - Diapositive

Steden en handel
  • Tussen 500 - 1000 vrijwel iedereen boer in West-Europa
  • Rond jaar 1000 --> steden begonnen weer te groeien


Slide 3 - Diapositive

Je kunt uitleggen waarom de landbouwproductie steeg en de handel en steden weer groeiden.

Slide 4 - Diapositive

Hoe kon de landbouwopbrengst stijgen? 

Slide 5 - Diapositive

Drieslagstelsel
Ontginnen woeste gronden
= bossen/moerassen geschikt maken voor landbouw 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Steden en handel
  • Door drieslagstelsel + ontginnen kon de oogst stijgen
  • Er was meer voedsel --> bevolking steeg + meer voedsel over om te ruilen
  • Voedsel ruilen --> bij kruispunten wegen + rivieren 
  • Ook bij kloosters en kastelen 
  • Daar ontstonden dorpjes met handelaren + ambachtslieden
  • Sommige groeiden uit tot steden 

Slide 8 - Diapositive

Steden en handel
  • Steden handelde met omliggende gebied
  • Maar ook met gebieden verder weg --> Andere delen van Europa
  • Handelaren uit verschillende steden in Noord-Europa werkte samen --> Noem je een Hanze 
  • Door toenemende handel ook meer vraag naar geld, zo ontstond er weer een geldeconomie 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Je kunt de vier sociale lagen in een middeleeuwse stad noemen en twee functies van een gilde beschrijven.

Slide 11 - Diapositive

Leven in een stad
  • Mensen die wonen in de stad: burgers
  • 4 sociale lagen:
  • 1 --> Rijke kooplieden + Meesters van een gilde
  • 2 --> Winkeliers en ambachtslieden
  • 3 --> Mensen zonder vast werk
  • 4 --> oude of zieke mensen (konden niet werken)

Slide 12 - Diapositive

Rijke kooplieden  (meesters van een gilde)
Winkeliers en ambachtslieden
Mensen zonder vast werk
Oude of zieke mensen (kunnen niet werken)

Slide 13 - Question de remorquage

Leven in de stad
  • Mensen met hetzelfde beroep werkte samen in een gilde 
  • Je moest lid zijn van zo'n gilde om je werk te mogen doen
  • Beroep leren --> Leerling bij een meester 
  • Als je goed was --> gezel (ambachtsman in dienst van meester) 
  • Als je meester wilde worden moest je een meesterproef afleggen --> lid gilden --> eigen werkplaats beginnen

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Gildes maakte regels 
Twee functies:
  • Economisch --> prijs + kwaliteit product
  • Sociaal --> steun bij ziekte of overlijden 

Niets mocht gemaakt worden zonder hun toestemming.
Een soort "keurmerk". 

Slide 17 - Diapositive

Je kunt uitleggen dat de burgers van middeleeuwse steden machtiger werden.

Slide 18 - Diapositive

Stad ≠ Domein
  • Hofstelsel --> leenheer, horigen, koning, vrije boeren.
  • Een stad is nieuw. 
    --> Zijn geen regels voor! 
    --> Dus niet net als horigen bescherming van de heer
  • Steden worden nog wel bestuurd door een heer.
  • Stedelingen willen dit graag anders! 
    --> Eigen bescherming zorgen door een stadsmuur bouwen.

Slide 19 - Diapositive

Bestuur van de stad 
  • Stedelingen hadden genoeg geld om zich te kunnen beschermen.

  • Heer 'verkocht' al snel stadsrechten = Het recht van de burgers van een stad om zichzelf te besturen. De burgers konden hun eigen regels en wetten maken.
  • Elke stad had eigen rechtbank --> bestond uit schout en schepenen 
  • Schout = voorzitter rechtbank. Schepenen = soort rechters 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive