Vitaal les 4

Drugs
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
MBO

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Drugs

Slide 1 - Diapositive

Wat heb je vorige les geleerd?

Slide 2 - Carte mentale

Wat vond jij van de voorlichting?

Slide 3 - Carte mentale

Vandaag:

Burgerschap afsluiten

Verslavingen

Opdracht


Slide 4 - Diapositive

Burgerschap afsluiten

Slide 5 - Diapositive

Leg je telefoon ver weg
DEZE LES GAAN WE KIJKEN HOE VERSLAAFD JIJ BENT AAN JE TELEFOON

Slide 6 - Diapositive

Genotsmiddelen

Zijn dingen die je eet, drinkt, rookt of op een andere manier gebruikt omdat ze je een fijn gevoel geven.

In genotsmiddelen zitten stoffen die je hersenen beinvloeden.

Als je genotsmiddelen vaak neemt kan het de gezondheid ernstig beschadigen.

Slide 7 - Diapositive

Opium wet

Hierin staan alle genotsmiddelen die als drugs worden beschouwd.

Het bezig van drugs uit deze wet staan is strafbaar.
De productie en handel hierin is ook strafbaar.

Er is een verschil tussen harddrug en softdrugs.


Slide 8 - Diapositive

Opdracht

Maak op een a4tje een schema van verschillende drugs. Is het harddrugs of stoftdrugs?

Slide 9 - Diapositive

Soft drugs

Het bezit van softdrug is verboden maar niet altijd strafbaar.

Het gedoogbeleid houd in dat mensen een kleine hoeveelheid drugs bezitten maar niet worden vervolgd.

Coffeeshops mogen onder bepaalde voorwaarden softdrugs verkopen.

Hasj, wiet, paddos en salvia zijn softdrugs.

Slide 10 - Diapositive

Harddrugs
Harddrugs zijn gevaarlijk om veel redenen. Je bijvoorbeeld makkelijk een overdosis kan nemen.
LSD, Opium, Heroine, GHB, MDMA, Cocaine, Speed, XTC, Christal meth, Amfethamine, Miaumiau, Poppers, Ketamine, Lachgas, Efidrine, DXM, Scopolamine, Khat, Opiaten.

Slide 11 - Diapositive

Niet in de opium wet

Er zijn ook genotsmiddelen die niet onder de opium wet vallen. Dit zijn: Alcohol en sigaretten.

Deze stoffen zijn wel schadelijk voor de gezondheid.

De Nederlandse overheid probeerd dit gebruik te ontmoedigen door verschillende wet- en regelgeving.

Slide 12 - Diapositive

Verslavingen

Aan bijna alle genotsmiddelen kun je verslaafd raken.

2 soorten verslavingen:
Lichamelijke verslaving:
Je lichaam protesteert wanneer je stopt met het gebruik. Je krijgt ontwenningsverschijnselen.
Ook kan je te maken krijgen met intolerantie. Je hebt dan steeds meer nodig om hetzelfde effect te krijgen.

Slide 13 - Diapositive

vervolg

Geestelijke verslaving:
Je hebt hierbij het idee niet goed te functioneren als je het niet gebruikt.

Het risico van verslaving verschilt per genotsmiddel.
Nicotine in tabak is een voorbeeld van een heel verslavende drug.
Cafeïne in koffie is minder verslavend.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien

Andere verslavingen

Bepaalde handelingen kunnen ook verslavend zijn.
zoals: Gokken, spelen van computer games en shoppen.


Houd zelf goed je eigen gedrag in de gaten om verslaving te herkennen en te voorkomen. Als je eenmaal verslaafd bent kun je daar niet zomaar vanaf komen. Probeer voor de tijd hulp te zoeken.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

En hoe VERSLAAFD ben jij?

Slide 18 - Diapositive

Opdracht

Maak tweetallen.

Kies een drugssoort of kies 1 onderwerp wat daarmee te maken heeft

Maak een voorlichtingspooster tegen drug die gebruikt zou kunnen worden door Youz.

Slide 19 - Diapositive