Flevolandschap

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstKunstzinnige oriëntatieBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Instructions

Voorbereiding
Neem de woordenlijst en de achtergrondinformatie door.

Benodigde materialen voor de voorbereidende les
- 1 stukje houtskool per leerling + kneedgum (door KIDD)
- 1 A3-vel per leerling (door school)

Instructions

Feuilles de travail

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groep 7
45 min.

Slide 2 - Diapositive

Introduceer het thema van dit lesblok: Flevolandschap en stel vragen. Waar zou dit lesblok over kunnen gaan?

Vertel in het kort wat de leerlingen kunnen verwachten van de voorbereidende les.

Slide 3 - Vidéo

Start de video 'Boeren van toen en nu'. Zorg ervoor dat het geluid aan staat. Bespreek de video na en stel vragen: 
  • Wat hebben jullie gezien?
  • Hoe zagen Almere en Flevoland er vroeger uit?
  • Hoe is het Flevolandse landschap door de jaren veranderd?
  • Hoe zouden we dit nu allemaal weten?

Slide 4 - Vidéo

Je gaat met de leerlingen kijken naar de kenmerken van het Flevolandse landschap.

Start de video 'Nederland van Boven'. Vraag de leerlingen om te letten op de kenmerken van het landschap. Voer daarna een klassikaal gesprek en stel vragen:
  • Wat is er uniek of kenmerkend aan Flevoland?
  • Kun je het landschap ergens aan herkennen?
Probeer samen tot een antwoord te komen op de vraag: Wat is uniek aan het Flevolandse landschap?

Nieuw woord:
Landschap

Slide 5 - Diapositive

Stel de leerlingen vragen:
  • Welke kenmerken heeft het Flevolandse landschap?
  • Ziet het landschap er overal in Nederland zo uit?
  • Wat is er anders?
  • Wat is hetzelfde?
Nieuw woord: landschap. Bespreek dit woord. 

Slide 6 - Vidéo

Start de video over het kunstwerk Exposure van Antony Gormley en stel de leerlingen daarna vragen:
  • Wat zie je?
  • Wie kent het kunstwerk?
  • Wat weet je er al van?
  • Wat heeft het kunstwerk met Flevoland te maken?
Exposure
Antony Gormley

Slide 7 - Diapositive

Vertel de leerlingen meer over het landschapskunstwerk Exposure (kijk naar de achtergrondinformatie). Leg uit wat landschapskunst is: een stroming binnen de beeldende kunst waarbij kunstenaars gebruik maken van het landschap.

Stimuleer de leerlingen om gedetailleerd naar het kunstwerk te kijken.

Inspiratie
Nieuw woord:

Slide 8 - Diapositive

Stel de leerlingen vragen: 
  • Wat zou de inspiratie van dit kunstwerk geweest kunnen zijn?
  • Waar is het van gemaakt?
  • Hoe denk je dat het gemaakt is?
Nieuw woord: inspiratie. Bespreek dit woord.

Slide 9 - Diapositive

Vertel over Exposure: de kunstenaar liet zich inspireren door de rechte lijnen en vlakken van het Flevolandse landschap.

Slide 10 - Diapositive

Antony Gormley liet zich ook inspireren door hoogspanningsmasten. Hoe zie je dat terug in het kunstwerk dat hij maakte?
De hurkende man

Slide 11 - Diapositive

Het kunstwerk heet Exposure. Dat betekent blootstelling. Waarom zou hij het zo genoemd hebben? De bijnaam van het kunstwerk is De hurkende man. Waar zou dat vandaan komen?
Opdracht 
Jullie krijgen 3 foto's te zien met daarbij een opdracht.

Slide 12 - Diapositive

De leerlingen gaan nog gedetailleerder kijken naar het kunstwerk Exposure. Dit doen ze door houtskooltekeningen/schetsen te maken.

Deel het materiaal uit: per leerling is er een stukje houtskool en een A3 - vel. Leg dan de opdracht uit. In de volgende 3 dia's gaan de leerlingen 3 verschillende foto's zien van het kunstwerk. De leerlingen gaan proberen te tekenen wat ze zien. Ze bekijken het kunstwerk zo op 3 verschillende manieren.

Iedere leerling maakt 3 tekeningen. Geef ze niet teveel tijd, ze schetsen. Het gaat niet om het resultaat van een mooie tekening, maar dat ze op verschillende manieren leren kijken naar een kunstwerk.

Abstract
Nieuw woord:

Slide 13 - Diapositive

Stimuleer de leerlingen om goed te kijken naar het kunstwerk. Leg na het schetsen uit dat Exposure van dichtbij een abstract kunstwerk is.

Nieuw woord: abstract. Bespreek dit woord.


Nieuw woord:
Figuratief

Slide 14 - Diapositive

Stimuleer de leerlingen om goed te kijken naar het kunstwerk. Leg na het schetsen uit dat van veraf Exposure een figuratief kunstwerk is.

Nieuw woord: figuratief. Bespreek dit woord.


Nieuw woord:
Monoloog

Slide 15 - Diapositive

Bij de 3e schets gaat het niet zozeer om wat te zien, maar wat ze voelen bij het kunstwerk.

De leerlingen proberen zich bij foto 3 in te leven in het kunstwerk. Ze denken na over de vraag: Hoe zou de hurkende man zich voelen? Ze maken een schets van deze stemming of dit gevoel.

In de masterclass gaan de leerlingen een monoloog schrijven. 

Nieuw woord: monoloog. Bespreek dit woord.

Is het gelukt om te tekenen wat je ziet?

Slide 16 - Diapositive

Bespreek de tekeningen na en stel vragen over de verschillende perspectieven:
  • Wat heb je gezien?
  • Wat zie je van dichtbij?
  • Wat zie je van ver weg?
  • Hoe voelt de hurkende man zich?
  • Waar zie je dat aan?
Wanneer noem je iets figuratief?
Wanneer noem je iets abstract?

Slide 17 - Diapositive

Herhaal de betekenis van de nieuwe woorden abstract en figuratief en stel vragen:
  • Wat is een abstract beeld?
  • Waar zie je dat aan?
  • Wanneer is het een figuratief beeld?
Wat inspireert jou?

Slide 18 - Diapositive

Antony Gormley raakte voor Exposure geïnspireerd door hoogspanningsmasten. Stel de leerlingen de vraag: Wat inspireert jou?
Landschap
Figuratief
Inspiratie
Abstract
Monoloog

Slide 19 - Diapositive

Blik samen met de leerlingen terug op de les en vraag wat ze geleerd hebben. Herhaal de nieuwe woorden: landschap, inspiratie, abstract, figuratief en monoloog. Vraag de leerlingen naar de betekenis.

Sluit af door de leerlingen vragen te stellen over wat ze hebben geleerd over het Flevolandse landschap:
  • Wat vinden ze van het kunstwerk Exposure?
  • Vinden zij het landschap van Flevoland ook inspirerend?
Blik tenslotte vooruit op de masterclass: er komt een theatermaker van BonteHond langs.

Wat kunnen ze verwachten van de masterclass:
- Introductie van de kunstenaar
- Terugkoppeling naar de voorbereidende les
- Uitleg van de kunstenaar wat ze gaan doen
- Aan de slag met de kunstenaar
- Afsluiten masterclass

Wat wordt er van de docent verwacht:
- De docent moet te alle tijden bij de masterclass aanwezig blijven
- De docent assisteert de kunstenaar waar nodig. De kunstenaar zal dit aan het begin van de les afstemmen met de docent
- De docent zorgt dat materialen die op school zijn geleverd of die van de school worden gebruikt klaar liggen

Plus de leçons comme celle-ci