10.1 en 10.2 Introductie voeding en vertering

H10
Waarom eten wij en wat hebben wij nodig?
 
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

H10
Waarom eten wij en wat hebben wij nodig?
 

Slide 1 - Diapositive

H10

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Welk "gereedschap" heb je nodig om je eten te verteren?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Huiswerk
Maak vraag 1 tm 8 van 10.1

Slide 13 - Diapositive

Begrippen 10.2
darmflora, probiotica, prebiotica, vertering, mechanische verkleining, speekselklieren, amylase, eiwitten, peristaltische bewegingen, pepsinogeen, peptase, maagportier, gal, darmplooien, villi, microvilli

Slide 14 - Diapositive

Verteringsstelsel
Functie:
Er voor zorgen dat voedings-
stoffen uit je voedsel op de
plek komen waar ze nodig zijn.


 

Slide 15 - Diapositive

Verteringsstelsel
Functie:

Vertering (klein maken)
Opname (in je bloed)
Opslag (tijdelijk bewaren)
Transport (naar het doel)

 

Slide 16 - Diapositive

Verteringsstelsel (zie Binas 82C)

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Peristaltische bewegingen
Lengte- en kringspieren zorgen ervoor dat het voedsel door de slokdarm, maag en darmen gaat.       
      
Ballaststoffen (voedingsvezels) helpen hierbij.                                                                                                     

Slide 24 - Diapositive

Slikken
- Huig sluit neusholte af
- Strottenklepje sluit luchtpijp af

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

Maag
Maagsapklieren maken maagsap (BINAS82F):
Zoutzuur: lage pH (1,5 - 3,5). Eiwitten zwellen op, bacteriën gedood
Pesinogeen (inactief enzym), bij lage pH wordt hieruit peptase/ pepsine gevormd: enzym breekt eiwitten af tot polypeptiden
Slijm: beschermt de maagwand tegen het zuur én tegen de werking van peptase

Slide 28 - Diapositive

Exocriene klier (opening naar buiten)

Slide 29 - Diapositive

Maag
Maagportier: kringspier naar de darmen.

Sluit als de zuurgraad in de 12 vingerige darm te hoog wordt (te zuur), opent weer als de zuurgraad gedaald is: regelt op die manier dat er steeds een klein stukje voedsel de maag verlaat.

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

12 vingerige darm (eerste deel dunne darm)

Afvoergang van galblaas (galbuis)
In de lever wordt gal gemaakt en dit wordt in de galblaas opgeslagen (via de galgang).

Gal emulgeert vetten


Slide 32 - Diapositive

Emulgeren
EMULGEREN IS NIET VERTEREN!!!!!!

Slide 33 - Diapositive

12 vingerige darm (eerste deel dunne darm)

Afvoergang van alvleesklier

In de alvleesklier wordt 
alvleessap gemaakt:
Enzymen amylase (amylose), tryptase (eiwitten) en lipase (vetten), HCO3-



Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Dunne darm
Darmsapklieren maken darmsap:
Enzymen die koolhydraten, vetten, eiwitten, DNA en RNA afbreken.


Hierna is de vertering klaar!
Nu nog opnemen in het bloed…..resorptie



Slide 37 - Diapositive

Dunne darm

Slide 38 - Diapositive

Resorptie
Opname van voedingsstoffen en water in het bloed


Voedingsstoffen: met name in de dunne darm
Water: met name in de dikke darm



Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo

Blinde darm

Slide 42 - Diapositive

Darmflora
Goede bacterien in de dikke darm.
  • verteren onverteerbare plantaardige stoffen
  • Voorkomen vestiging van slechte bacterien

Blinde darm: ' opslag ' van je darmflora

Darmflora van moeder -> kind tijdens geboorte

Slide 43 - Diapositive

Darmflora
Probiotica: voedingsmiddelen met goede bacterien die (deels) het verteringsstelsel overleven
Prebiotica: voedingsmiddelen die dienen als voedsel voor de darmflora.

Door je voeding kun je de samenstelling van je darmflora veranderen/ verbeteren.

Slide 44 - Diapositive

Endeldarm en anus
  • Endeldarm is de opslag van uitwerpselen, als deze vol is volgt ontslasting
  • Anus is de kringspier aan het einde van het darmkanaal, deze sluit de endeldarm af

Slide 45 - Diapositive

Doel 10.2
Je hebt geleerd wat de functie is van de organen van je verteringsstelsel
Je hebt geleerd wat de rol van je darmflora is


Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive

Slide 49 - Diapositive

Huiswerk
Maak de opdrachten van 10.2
1 t/m 7.


Slide 50 - Diapositive