week 50 - 2 havo

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Prüfung Kapitel 3

Je kunt voor deze toets 38 punten halen. 

Bij 24,5 punten heb je een 6.

Prüfung Kapitel 3

Wörterliste blz 106-107:

Woordenlijst A: NL-D

Woordenlijst B: D-NL

Woordenlijst D/F: NL-D

Woordenlijst G: D-NL

Plauderecke H, blz 108: NL-D

Grammatik E en C en E, blz 109-110

Prüfung Kapitel 3

Plauderecke H, blz 108: NL-D

Grammatik E en C en E, blz 109-110

Übung 1

Woordenlijst D - NL

Kies het woord dat in de zin past en vertaal dat woord naar het Nederlands. (6p)

Ich schneide ....... für den Salat.

1. das Glas
2. wichtig
3. die Gurke

die Gurke

Die Zitrone schmeckt ziemlich ......

1. süß
2. sauer
3. bitter

sauer

Übung 2

Woordenlijst NL - D

Kies het woord dat in de zin past en vertaal dat woord naar het Duits. (6p)

Für ein Tosti braucht man.....

1. melk
2. kaas
3. yoghurt

de kaas

Du kannst jetzt ....... zwischen A, B oder C.

1. kiezen
2. drinken
3. tekenen

kiezen

Übung 3

Grammatik

A. Zet het werkwoord dat voor de zin staat in de juiste vorm. (6p)

(heißen)
Ich heiße Suzanne und
mein Hund ...... Bello.

(reisen)
Joep ...... gerne mit der Bahn.

(sitzen)
...... dein Hund dann
auf dem Fußboden?

Übung 3

Grammatik

B. Vertaal het woord dat voor de zin staat naar het Duits en zet het in de juiste vorm. (6p)

Ich habe .....(een) Tomate gegessen.

Wir kaufen ...... (geen) Apfelsinen.

Wir bekommen heute ...... (geen) Frühstück.

Übung 3

Grammatik

C. Schrijf het getal in letters op (in het Duits). (4p)

666

999

222

Übung 4

Plauderecke H

Vertaal de vragen en antwoorden naar het Duits. (10p)