5.2 Einde van de wereldrijken

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Vandaag:

• Herhaling 5.1 (met filmpje)
  
• 5.2 Einde van de Wereldrijken
• (Quiz)vragen
  

Wat weten jullie nog over de vorige les?
Besluiten en besturen in Nederland

Hoeveel stemmen heeft een minister nodig om een wet goedgekeurd te krijgen in de Tweede Kamer?

1. 50
2. 51
3. 75
4. 76

Juist of onjuist
De koning heeft geen macht in Nederland.

1. juist
2. onjuist

Als je gaat stemmen, dan maak je gebruik van..........kiesrecht.

1. Passief
2. Actief

De Kamerleden van één partij zitten samen in een.....

1. partijbestuur
2. oppositiepartij
3. fractie
4. coalitiepartij

Een partij die niet in de regering zit is een.......

1. coalitiepartij
2. oppositiepartij
3. regeringspartij

Lesdoelen 5.2 Einde van wereldrijken

• Welke invloed de Tweede Wereldoorlog had op de dekolonisatie?
• Hoe werd Indonesië onafhankelijk?

Moeilijke begrippen:

1. Onafhankelijkheid

2. Kolonisatie

3. Dekolonisatie

4. Nationalisme

5. Supermacht

Wie kan een begrip uitleggen?

Nederlands-Indië

De invloed van de Tweede Wereldoorlog

• Japan veroverde in 1942 de Nederlandse kolonie Indonesië.
• Indonesisch nationalisme bloeide (ze wilden onafhankelijkheid).
• Indonesiërs wilden niet meer dat de Nederlanders baas werden in Indonesië.
  

Supermachten tegen kolonialisme

• Supermachten: de sterkste landen in de wereld.
• Sovjet Unie en de Verenigde Staten waren na de oorlog supermachten.
• Supermachten waren tegen kolonialisme.
• Ze wilden dat kolonies onafhankelijk werden.
  

Indonesië onafhankelijk

• 17 augustus roept Indonesische leider Soekarno de onafhankelijkheid uit.
• Nederland accepteerde dat niet.
• Nederland stuurde soldaten naar Indonesië.
  

Moeilijke begrippen:

1. Guerrilla

2. Politionele acties

3. Onafhankelijkheidsoorlog

4. Terreur

5. Soevereiniteitsoverdracht

Wie kan een begrip uitleggen?

Onafhankelijkheidsoorlog

• Nederland stuurde een groot leger
• Nederlandse leger voerde politionele acties uit om weer de baast te worden in Indonesië.
• Indonesiërs sloeg terug met kleine onverwachte aanvallen (guerilla-oorlog)
• Nederlandse leger reageerde met terreur.
  

Nederlandse soldaten vechten tegen Indonesische guerilla's

VS en VN dwingen Nederland om Indonesië op te geven.

• Verenigde Staten gaven hulp aan Nederland na Tweede Wereldoorlog, ze dreigden die hulp te stoppen als Nederland de Indonesië niet onafhankelijk wilde laten worden.
• 27 december 1949 soevereiniteitsoverdracht in Den Haag. Indonesië onafhankelijk.
  

https:

Vandaag:

• Hoe ontstonden veel nieuwe staten? 
  
• Quiz vragen
• Huiswerk maken

Nieuwe staten

• Vanaf 1950 werden bijna alle Europese kolonies onafhankelijk.
• India, Suriname werden vreedzaam onafhankelijk.
• Indonesië en Algerije werden na een bloedige strijd onafhankelijk.
  

Israël onafhankelijk

• Zionisme: joden willen een eigen staat in Israël.
• 
  
• Na de Tweede Wereldoorlog vertrokken veel joden naar Palestina. Waarom?

Israël onafhankelijk

• Britten bestuurden Israël, maar gingen na 1948 weg.
• Verenigde Naties hadden een plan voor een Joodse en Palestijnse staat.
• Maar na de onafhankelijkheid kwam er een conflict tussen Joden en Palestijnen.
• Veel Palestijnen moesten vluchten.
  

Israël oorlog met de buurlanden

• Israël kleine nieuwe staat
  
• Arabische buurlanden vielen Israël aan, maar Israël won de oorlog. Waarom?
  

Begrippen (blz. 64):

• Supermachten
• dekolonisatie
• Politionele acties
• soevereiniteitsoverdracht
• Zionisten
  

Welk land werd vreedzaam onafhankelijk?

1. Indonesië
2. Israël
3. Vietnam
4. India

De Nederlanders noemden het politionele acties, de Indonesiërs onafhankelijkheidsoorlog. Wie heeft gelijk? Leg je antwoord uit met een argument.

Curaçao is een zelfstandig land binnen het koninkrijk en Bonaire is een gemeente van Nederland.

1. Juist
2. Onjuist

Palestijnen hebben ruzie met Israël omdat ze nog geen onafhankelijke staat hebben in gedeelte van Israël

1. Juist
2. Onjuist

Wat heb je geleerd tijdens deze les?

Huiswerk:

Maken werkboek blz. 82 en 83.

Tekstboek blz. 58 en 59.