Persoonsvorm tegenwoordige tijd

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Werkwoordspelling

Persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)

Paragraaf 8

 (blz 238)

Wat ga je deze les leren?

* Hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd moet spellen (1F).

Welke regel over de pvtt weet jij al?

Aan de slag!

Schrijf van de werkwoorden op slide 7 t/m 9

de ik-vorm op.

beklimmen

mixen

blazen

Welke vorm van de persoonsvorm tegenwoordige tijd klopt in de zin?

Ik (raden)... het juiste antwoord.

1. raad
2. raadt
3. raat

Welke vorm van de persoonsvorm tegenwoordige tijd klopt in de zin?

Hij (bestellen)... een broodje gezond

1. bestel
2. bestelt
3. besteld
4. besteldt

Welke vorm van de persoonsvorm tegenwoordige tijd klopt in de zin?

(Vinden)... jij ijs lekker?

1. vind
2. vindt
3. vond

ik-vorm 

word

ik-vorm + t

wordt

ik-vorm

vermoed

ik-vorm + t

vermoedt

Wanneer (worden) de toets gegeven?

Wanneer (worden) jij opgehaald?

(Vermoeden) de juf niets.

Ik (vermoeden) dat we weggaan.

Aan de slag!

Je gaat maken blz. 239

Opdracht 2,3 en 4.

Online: cursus 7 par. 8