toets (een dag) 2

toets (een dag) 2
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenBasisschoolGroep 7,8

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

toets (een dag) 2

Slide 1 - Diapositive

Een dag bestaat uit
A
6 uur
B
18 uur
C
12 uur
D
24 uur

Slide 2 - Quiz

Hoeveel dagdelen heeft een dag
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 3 - Quiz

De dag begint met dagdeel

A
nacht
B
ochtend
C
middag
D
nacht

Slide 4 - Quiz

Met welk dagdeel eindigt de dag?
A
nacht
B
ochtend
C
middag
D
avond

Slide 5 - Quiz

Hoeveel dagen heeft een week?
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 6 - Quiz

Welke dag komt er na donderdag?
A
maandag
B
woensdag
C
vrijdag
D
zondag

Slide 7 - Quiz

Welke dag komt er voor woensdag
A
zaterdag
B
dinsdag
C
donderdag
D
vrijdag

Slide 8 - Quiz

Maandag is
A
de eerste dag van de week.
B
de laatste dag van de week.

Slide 9 - Quiz

zondag is
A
de eerste dag van de week.
B
de laatste dag van de week.

Slide 10 - Quiz

zaterdag en zondag is
A
doordeweeks
B
het weekend

Slide 11 - Quiz

maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag is
A
doordeweeks
B
het weekend

Slide 12 - Quiz

Hoeveel maanden heeft een jaar....
A
8
B
18
C
12
D
14

Slide 13 - Quiz

Na april komt....
A
maart
B
mei
C
augustus
D
december

Slide 14 - Quiz

Maand 1 is ...

Slide 15 - Question ouverte

Maand 10 is ...

Slide 16 - Question ouverte

Maand 7 is ...

Slide 17 - Question ouverte

Maand 12 is ...

Slide 18 - Question ouverte

Eén jaar bestaat uit hoeveel kwartalen?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 19 - Quiz

Welke maanden horen in kwartaal 3
A
april mei juni
B
juli augustus september

Slide 20 - Quiz

Hoeveel dagen heeft februari in een schrikkeljaar?

Slide 21 - Question ouverte

Hoeveel dagen heeft een (gewoon) jaar.

Slide 22 - Question ouverte

Bij welke dagdelen hoort A.M.
A
nacht en ochtend
B
middag en avond

Slide 23 - Quiz

Bij welke dagdelen hoort P.M.
A
nacht en ochtend
B
middag en avond

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive