Les 6 - Interculturele communicatie

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 4

Les 6 - Interculturele communicatie

Verbale - en non verbale communicatie

Communicatie is het zenden en ontvangen van informatie.

Degene die informatie overdraagt is de zender - die communiceert door middel van een boodschap - en komt terecht bij de ontvanger.

Verbale communicatie

Je gebruikt taal, je brengt de boodschap over met woorden. Mondeling of schriftelijk

Spreken, mailtjes, brieven, rapporten en online gesprekken

35% van de boodschap

Non-verbale communicatie

Communicatie zonder taal = non verbale communicatie

Gezichtsuitdrukkingen, gebaren, lichaamshouding, oogcontact, persoonlijke ruimte en stemvolume

Totaal communiceren = combinatie van verbaal en non-verbaal

Ruis

Als er iets mis gaat in de communicatie noemen we dit ruis.

De boodschap komt dan niet goed over bij de ontvanger

Verschillende oorzaken:

mensen te ver uit elkaar, achtergrondgeluid, slechte verbinding, ontvanger afgeleid - misverstand

Externe ruis

Oorzaken liggen buiten jezelf

- lawaai in de omgeving

- krakende telefoonverbinding

Interne ruis

Oorzaak ligt bij de zender, de boodschap of de ontvanger

- geemotioneerd persoon

- te weinig kennis van het onderwerp

- afgeleid

Vragen stellen en luisteren

Je voert veel verschillende gesprekken

Aan het begin van het gesprek krijg je een indruk van iemand

Goede eerste indruk is belangrijk - basis van een prettig gesprek

Een goed gesprek

- Je neemt de tijd

- Je wil de ander begrijpen

- Je bent je bewust van je houding

- je kunt empathie tonen

- je luistert goed naar de ander

- Gesloten, open en suggestieve vragen

- LAAT OMA THUIS!

Actief luisteren

- Niet alleen horen wat de ander zegt, maar ook begrijpen

- Je laat je niet afleiden door de omgeving, telefoon etc

- Je laat de ander uitpraten en stelt vragen

- Let op non-verbale communicatie

(aankijken, knikken)

LSD-methode

Methode om goed te luisteren tijdens een gesprek

Luisteren, Doorvragen, Samenvatten

Opdracht filmpje 4.15 - LSD methode

Welke tips geeft de spreker?

Wat is het doel van samenvatten?

Welke soort vragen bij doorvragen?

- Noem een positief effect van de LSD-methode

Culturele verschillen

Verbale verschillen:

Binnen elke cultuur wordt op een andere manier met elkaar gecommuniceerd.

Nederlandse manier van communiceren is zeer direct.

Komt soms onbeschoft over

Zeggen wat je vind - doe je dit niet: onoprecht of oneerlijk

Verbale communicatie

De manier waarop mensen verbaal communiceren kunnen we indelen in twee groepen:

- hoge context culturen 

- lage context culturen

Hoge context culturen

Veel achtergrondinformatie bij communicatie

Indirecte manier van communiceren

Beleefdheid is belangrijkste

Veel non-verbaal

Sociaal wenselijke antwoorden

Afspraken mondeling gemaakt

Lage context culturen

Directe manier van communiceren

Verwachtingen uitgesproken

Weinig non-verbale communicatie

Eerlijke antwoorden

Afspraken schriftelijk vastgelegd

Verschillen culturen

Landen met hoge context culturen

- Azie, Zuid-Europa, Midden-Oosten, Latijns Amerika, Afrika

Landen met lage context culturen

- Noordwest-Europa, Noord-Amerika, Australie, Nieuw-Zeeland

Culturele verschillen in non-verbale communicatie

De betekenis van non-verbale communicatie kan per cultuur verschillen, maar heeft grote invloed op de totale communicatie

Vaak handgebaren geruikt - verschillen per cultuur

Voorbeelden p 109

Persoonlijke ruimte

Belangrijk verschil binnen non-verbale communicatie is de afstand tussen gesprekspartners = persoonlijke ruimte

Afstand kan per persoon verschillen - afhankelijk van cultuur

Niet prettig als iemand in jouw ruimte komt.

Relatie met de ander maakt uit

Opdracht

Filmpje 4.25

- Hoe zou jij reageren als een vreemde zo dicht in jouw persoonlijke ruimte komt

- Wat vind jij een prettige afstand voor onbekenden? 

- Wat vind jij een prettige afstand voor bekenden?

Omgaan met cultuurverschillen

Om misverstanden door interculturele communicatie te voorkomen helpt het driestappenplan van Pinto

Stap 1 - jouw cultuur - leren kennen van normen, waarden

Stap 2 - de cultuur van de ander

Stap 3 - omgaan met verschillen

Omgaan met cultuurverschillen

Bij stap 3 kan het zijn dat je je aan moet passen - of niet aanpassen en je grenzen aangeeft - assertief zijn

Assertief = het op een goede manier voor jezelf opkomen

In hoeverre jij assertiviteit toont = beschreven in

Sub-assertief, assertief en agressief

Sub-assertief

Geen feedback durven geven

Moeilijk complimenten kunnen ontvangen

Onenigheid proberen te voorkomen

Snel de ander de zin geven

Assertief

Feedback durven geven

Complimenten durven te geven en ontvangen

Duidelijk eigen wensen kunnen aangeven

Verzoeken durven te weigeren

Agressief

Anderen overheersen

Slecht luisteren naar wat de ander te zeggen heeft

Overdreven veel kritiek geven op anderen en deze herhalen

Stem verheffen of schreeuwen

Opdracht 4.31 - assertiviteitstest

Eindopdracht

Beantwoord de volgende vragen:

- Pas het driestappenplan van Pinto toe

- Is jouw uiteindelijke reactie sub-assertief, assertief of agressief?

- Zou je op dezelfde manier hebben gehandeld bij een Nederlandse bedrijfscultuur? Waarom?

Situatie

Je loopt stage bij een bedrijf in China. In het begin had je het erg naar je zin, maar de laatste weken wordt er steeds meer van je verwacht en krijg je taken erbij die niets te maken hebben met je opleiding. Op deze manier ga je je stage niet halen. Je hebt gemerkt dat het niet gebruikelijk is om onvrede met je leidinggevende te bespreken, maar je wilt toch dat er wat verandert