Romeinse cijfers - groep 4/5

• Wereldoriëntatie
• Basisschool
• Groep 4,5

Romeinse cijfers

Wat gaan we doen?

• Uitleg over de romeinse cijfers
• Samen oefenen met de romeinse cijfers
• Opdrachten maken in het werkboekje wat jullie straks van mij krijgen.

Lesdoelen

• Kennismaken met de romeinse cijfers
• Weten hoe romeinse cijfer nu nog terugkomen.

Wat is hetzelfde op deze foto's?

Alle plaatjes hebben romeinse cijfers.

Vroeger kende de romeinen niet de cijfers die wij nu kennen. Ze gebruikten eigen cijfers die nu nog op oude romeinse gebouwen te zien zijn.

Romeinse cijfers

Om andere getallen te maken, zetten ze meerdere cijfers achter elkaar. 

 1 = I 

 2 = II

3 = III

Romeinse cijfers

Alle losse cijfers worden bij elkaar opgeteld. 

 1 = I 

5 = V 

6 = VI (5+1)

7 = VII (5+1+1)

Romeinse cijfers

Als er een hoger cijfer voor een lager cijfer staat, moest deze min het hogere cijfer

 1 = I 

5 = V 

4 = IV (5-1)

6 = VI (5+1)

Romeinse cijfers

Voorbeeld:

1 = I

10 = X

X I = 11 (10+1)

I X = 9 (10-1)

Oefenen!

Het is moeilijk om romeinse cijfers op te schrijven.

We gaan samen oefenen.

Pak allemaal je wisbordje!

Oefenen

Schrijf op je wisbordje op:

Wat is het romeinse cijfer voor 5?

Wat is het romeinse cijfer voor 10?

Nu een stukje moeilijker

Schrijf op je wisbordje op:

Wat is het romeinse cijfer voor 7?

Wat is het romeinse cijfer voor 12?

Wat is het romeinse cijfer voor 15?

We gaan nog moeilijker maken

Schrijf op je wisbordje op:

Wat is het romeinse cijfer voor 30?

Wat is het romeinse cijfer voor 50?

Wat is het romeinse cijfer voor 100?

Werkblad

Ik ga een werkblad uitdelen.

We gaan samen opdracht 1 maken van het werkblad.