Par. 2 - Wie kan de macht van de overheid controleren?
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4
Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Par. 2 - Wie kan de macht van de overheid controleren?
Slide 1 - Diapositive
Rechters
Rechters controleren overheidsinstanties. Als de overheid een fout heeft gemaakt in het vastzetten of aanhouden van iemand, wordt die persoon vrijgelaten.
- Nationale Ombudsman:
komt op voor burgers die zich door de overheid slecht behandeld voelen.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Rechtsregels
Regelen...
- wat burgers wel en niet mogen
- waar burgers recht op hebben
- welke bevoegdheden overheidsinstanties hebben
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Overheidsinstanties
Slide 6 - Carte mentale
Kenmerken rechtsstaat
1. de aanwezigheid grondrechten 2. een machtenscheiding
3. het legaliteitsbeginsel
4. een onafhankelijke rechtspraak
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Vidéo
Rechtspraak
1. Burgerlijk recht (burgers onderling)
2. Bestuursrecht (burgers vs. overheid)
3. Strafrecht
Slide 9 - Diapositive
Legaliteitsbeginsel
In een rechtsstaat is iets pas strafbaar als het in de wet staat. De overheid mag alleen doen wat in de wet aangegeven staat.
Slide 10 - Diapositive
Wie heeft er in NL de uitvoerende macht?
A
Tweede Kamer
B
Eerste Kamer
C
Ministers
D
Rechters
Slide 11 - Quiz
Grondwet wijzigen?
- TK en EK moeten voor stemmen met gewone meerderheid
- TK wordt ontbonden
- Verkiezingen: er komt een nieuwe TK
- De nieuwe TK (+EK) moet de wijziging met tweederde meerderheid aannemen.
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Waarom is het zo moeilijk gemaakt om de grondwet te wijzigen?
Slide 14 - Question ouverte
Wat is jurisprudentie?
A
De nieuwe spits van Helmond Sport
B
De verdediging van de advocaat
C
Het strafbare feit
D
Alle uitspraken uit de geschiedenis van het NL'se recht
Slide 15 - Quiz
Rechtsbronnen
Plekken waar je het recht terug kunt vinden:
- Grondwet
- wetten
- rechtspraak (jurisprudentie)
- verdragen
- gewoonterecht (niet alle wetten staan op papier maar iedereen volgt de ongeschreven regels).