H1: Australië Sydney

Australië
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Australië

Slide 1 - Diapositive

Waar ligt Australië?

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

 1.1 Sydney

Hoofdstuk 1: Australië 
1.2 Australie: een enorm land 
1.3 Australie in de atlas


1.4 Bronnen: Australie op de aardbol



Slide 4 - Diapositive

1.1 Sydney

Slide 5 - Diapositive

Wat weet jij van Australië?

Slide 6 - Carte mentale

Kijk naar een filmpje met algemene informatie over Australië.

Zie jij nu dingen die je nog niet wist?

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

 De LessonUp klas
  • Ga naar de LessonUp- app die je hebt gedownload..
  • Registreer jezelf via je leerlingnummer + emailadres van school + wachtwoord (Niet vergeten!)
  • gebruik je voornaam
  • Je krijgt van mij een klascode te zien, die voer je in
  • Je bent nu toegevoegd aan jouw klas Aardrijkskunde dit jaar. Alle lessen die ik geef deel ik met jullie zodat je dit thuis kunt gebruiken om te leren.

Slide 9 - Diapositive

Uitleg par.1!

Slide 10 - Diapositive

Leerdoelen par. 1.1
  1. Je weet wat een gebied is
  2. Je kunt uitleggen waar het bij aardrijkskunde over gaat
  3. Je weet wat een kaart is
  4. Je weet welke 4 onderdelen nodig zijn om een kaart te kunnen lezen
  5. Je kunt met schaal werken

Slide 11 - Diapositive

1.1 Sydney
  • Bij aardrijkskunde gaat het over gebieden op de wereld. 
  • Gebied = stukje van de wereld

  • Bij aardrijkskunde zijn 2 vragen van belang:
- Waar zijn dingen?
- Waarom zijn die dingen daar?

  • Je kunt die vragen beantwoorden door er bijvoorbeeld naartoe te gaan, foto's te bekijken en door een kaart te gebruiken.
  • Kaart = verkleinde tekening van een gebied.
Een gebied is een stukje van de aarde. Op het kaartje zie je een stukje van onze eigen omgeving, Losser en omstreken.
Een kaart is een tekening waar de werkelijkheid in het klein op staat. Je hebt allerlei soorten kaarten: plattegrond, wegenkaart, weerkaart, topografische kaart enzovoort. Een kaart gebruik je om te zien hoe een gebied eruit ziet.

Slide 12 - Diapositive

wat heb je nodig om een kaart te lezen?

Slide 13 - Carte mentale

Wat heb je nodig voor kaartlezen?
1- titel: wat is het onderwerp?
2- noordpijl: waar is het noorden?
3- legenda: uitleg kleuren en symbolen
4- schaal: hoeveel verkleind is het gebied

Slide 14 - Diapositive

Doen!
Ga in je werkboek naar Hoofdstuk 1
1.1 Sydney => opdrachten

Maak nu opdracht 1 en 2: 
leerboek blz. 10-11 
Werkboek blz. 5
=> We kijken het samen na.
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

Schaal
Omdat een kaart een gebied kleiner afbeeldt, zijn de afstanden tussen plaatsen ook verkleind. Je gebruikt de schaal van een kaart als je de werkelijke afstand tussen plaatsen wilt weten.

Hoe werkt het?

Slide 16 - Diapositive

De Schaal
Laat zien hoeveel een kaart verkleind is.

bijvoorbeeld 1 : 200.000
1 cm is in het echt 200.000 cm

Slide 17 - Diapositive

Omrekenen
Bijvoorbeeld:  1 : 200.000
1 cm = 200.000 cm 
Maar hoeveel km = 1 cm?


200.000,00 de komma schuift 5 plekken op naar links dan staat er 2.
Dus 1 cm op de kaart is in het echt 2 km.

Slide 18 - Diapositive

Uitrekenen 1/2
Hoeveel kilometer ligt er tussen Hoogersmilde en Uffelte?


1 cm = 2 km
dus 8 cm = 8 x 2 - 16 km.

Slide 19 - Diapositive

Uitrekenen 2/2
Hoeveel kilometer ligt er nu tussen Hoogersmilde en Uffelte?

Lees de kaart met aangepaste schaal af en maak je nieuwe berekening!
1 cm = 0,3 km (0,25 ronden we af naar 0,3)
dus 8 cm = 8 x 0,3 - 2,4 km.
25.000

Slide 20 - Diapositive

Soms staat er geen noordpijl op de kaart, hoe weet je dan waar het noorden is?

Slide 21 - Question ouverte

Linksonder zie je de schaal van deze kaart. Hoeveel km is 1 cm in werkelijkheid?

Slide 22 - Question ouverte

Vragen?

Slide 23 - Diapositive


✔Check je leerdoelen door het maken van de oefenvragen.

Slide 24 - Diapositive

Wat is een kaart?
A
Een tekening
B
dat stuur je als iemand jarig is per post
C
verkleinde tekening van een gebied
D
een afbeelding van een land

Slide 25 - Quiz

Wat laat de schaal van een kaart zien?
A
Hoeveel het gebied is vergroot
B
Hoeveel fruit erin past
C
Hoeveel een gebied is verkleind
D
Wat de legenda betekent

Slide 26 - Quiz

Een gebied is een stuk van het aardoppervlak.
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quiz

Wat mist in deze kaart?
A
Schaal
B
Noordpijl
C
Titel
D
Legenda

Slide 28 - Quiz

De verklaring van tekens en kleuren op de kaart. Welk begrip is hier omschreven?
A
kaart
B
Atlas
C
legenda
D
symbolen

Slide 29 - Quiz

Een kaart heeft een schaal van
1 : 800.000 wat betekent dit?
A
1 cm op de kaart is 8 km in werkelijkheid
B
1 cm op de kaart is 80 km in werkelijkheid
C
1 cm op de kaart is 800 km in werkelijkheid
D
1 cm op de kaart is 800.000 km in werkelijkheid

Slide 30 - Quiz

De schaal van een kaart is 1:16.000.000.
Dit betekent:
A
1 cm op de kaart is 16.000km in werkelijkheid
B
1 cm op de kaart is 1600 km
C
1 cm op de kaart is 160 km
D
1 cm op de kaart is 16 km in werkelijkheid

Slide 31 - Quiz

Als de schaal op een kaart 1:30.000.000 is, hoeveel kilometer is is cm op de kaart?
A
3 km
B
30 km
C
300 km
D
3000 km

Slide 32 - Quiz

Een kaart heeft een schaal van
1 : 50.000
Dit betekent dat 1 cm op de kaart =
A
50 km
B
0,5 km
C
5 km
D
5000 m

Slide 33 - Quiz

Afbeelding van de werkelijkheid in het klein
A
kaart
B
legenda
C
schaal
D
schaalstok

Slide 34 - Quiz

Er staat altijd een noordpijl op een kaart.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 35 - Quiz

De schaal van een kaart is 1: 4.000.000
1 cm is ....km?
A
4
B
400
C
40
D
4000

Slide 36 - Quiz

✔ Leerdoelen gehaald? Ja? ➡ Goed gedaan!
✔ Ging nog niet alles goed? ➡ Ga dan opnieuw aan de slag met de onderwerpen die je niet goed snapt..

Slide 37 - Diapositive

Liever kijken in plaats van lezen? 
Dan is hier een filmpje met uitleg...

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Vidéo

Tot de volgende keer!

Slide 40 - Diapositive