Klas 2TH2 Lesweek 33 - Les 3

• Duits
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Thema Essen

Achtung:

Handys in deiner Tasche (nicht in deiner Hosentasche).

Auf deinem Tisch liegen:

ein Kugelschreiber und ein Bleistift

deutscher Donnerstag

Heute -> deutscher Donnerstag.

Ich spreche (fast) nur Deutsch.

Was macht ihr diese Woche?

• heute:  Schreiben
  
• Donnerstag: Sprechen
  
• Freitag:  Hörtest (formatief)

 

Was macht ihr heute?

- Hörtest

- Test K5 ansehen

- Hausaufgaben checken

- Unterricht abschließen

Was lernst du heute?

- Du weißt wie gut du schon Deutsch verstehen kannst.

- Du weißt wie du den nächsten Test besser machen kannst.

 

Lernziele

Was lernt ihr heute?

• Du kennst das Possesiv Pronomen (bezittelijk voornaamwoord).

• Du kannst Fragen stellen und Antworten geben über Essen.

wichtig!

Speisekarte vrijdag niet ingeleverd? -> mail naar ouders.

Zonder de Speisekarte kun je niet over.

(formatieve) Hörtest

Tafels uit elkaar schuiven.

Je maakt de toets individueel. 

Je schrijft met een pen.

Tijdens de toets is het stil in de klas.

Na de toets -> samen nakijken.

Hörtest

Wat ga je doen?

Start met het lezen van de vragen van tekst 1.

We luisteren tekst 1 voor de eerste keer.

Wanneer je het antwoord weet, kun je het alvast noteren.

We luisteren tekst 1 voor de tweede keer.

Noteer nu je definitieve antwoord.

Herhaling van bovenstaande stappen bij tekst 2. 

Nakijken luistertoets

Ik verdeel de toetsen

Je kijkt de toets van je klasgenoot na met een potlood (NIET met een pen).

Zet een kruis door een verkeerd antwoord.

Tel tot slot de goede antwoorden en schrijf het aantal goede antwoorden op de voorzijde van de toets.

ein / eine + kein / keine

mannelijk	vrouwelijk	onzijdig	meervoud
der Mann	di e Frau	das Kind	di e Haustiere
ein Mann	eine Frau	ein Kind	keine Haustiere
	extra e		extra e

possesiv Pronomen

mannelijk	vrouwelijk	onzijdig	meervoud
der Mann	di e Frau	das Kind	di e Haustiere
mein Mann	meine Frau	mein Kind	meine Haustiere
	extra e		extra e

Possesiv Pronomen

SINGULAR (enkelvoud)

mijn	mein-
jouw / je	dein-
zijn	sein-
haar	ihr-

Possesiv Pronomen

PLURAL (meervoud)

ons / onze	unser-
jullie	euer-
hun	ihr-
uw	Ihr-

Possesiv Pronomen

)

Stappenplan

1.

2.

3.

possesiv Pronomen

mannelijk	vrouwelijk	onzijdig	meervoud
der Mann	di e Frau	das Kind	di e Haustiere
mein Mann	meine Frau	mein Kind	meine Haustiere
	extra e		extra e

SO Kapitel 5 ansehen

- Buch, Heft und Etui in deine Tasche.

- Tel even het aantal punten na.

- Heb jij een onvoldoende maar wel alle opdrachten van Kapitel 5 gemaakt, geef mij dan je boek mee.

Nächste Stunde

• Arbeitsbuch B mitbringen.
• die Planung für den Rest des Jahres.

Kapitel

Tests