bomen

Bomen
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
DierenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Bomen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van deze les weet jij wat inheemse bomen zijn
Aan het einde van deze les weet jij waarom wij bomen nodig hebben.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Wat weet je al over bomen?

Slide 4 - Diapositive

In de plantkunde wordt met een boom een relatief hoge (doorgaans vanaf vijf meter) overblijvende plant bedoeld met één verhoute stam en meestal een kroon.
De kroon of kruin is het bovenste gedeelte van een boom; hij wordt gedragen door de stam en omvat de takken met daaraan de bladeren.

Slide 5 - Diapositive

Bomen kunnen afhankelijk van de soort tot meer dan honderd meter hoog worden en groeien in verschillende klimaten en op verschillende ondergronden.

Ook kan een boom afhankelijk van de soort en de omstandigheden heel oud worden, van vele honderden tot enkele duizenden jaren. Zo kan de Japanse notenboom meer dan 1000 jaar oud worden: in China is de oudste Japanse notenboom ongeveer 3500 jaar. Wilg en populier behoren tot de boomsoorten die meestal niet meer dan honderd jaar oud worden.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Soorten bomen
- Bosboom onder andere eik, es, beuk, den, spar
- Laanboom onder andere linde, eik, populier, beuk
- Straatboom onder andere berk, eik, beuk, esdoorn, paardenkastanje, sierkers
- Sierboom o.a sierkers, magnolia
Kerstboom
- Fruitboom onder andere appel, peer, kers, perzik

Slide 8 - Diapositive

Wat voor soorten bomen zijn er?
Er zijn waarschijnlijk zo'n 5000 verschillende soorten bomen te benoemen in Nederland. Toch zijn er maar 35 inheemse soorten. En helaas, die worden bedreigd.

Wat is een inheemse (wilde) boom? We noemen een inheemse boom wild of autochtoon, als deze op eigen kracht, dus zonder menselijk ingrijpen, naar Nederland is gekomen. De meeste inheemse bomen van Nederland zijn na de laatste ijstijd vanuit het zuiden naar Nederland toegekomen.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Zuurstof
De bladeren van een boom vormen glucose met behulp van (zon)licht en koolzuurgas uit de lucht , terwijl de wortels water, zuurstof en voedingszouten uit de bodem opnemen. Hieruit kan een boom koolhydraten vormen die hij nodig heeft voor de vorming van bladeren, knoppen en ook voor de lengte- en diktegroei. Dit vermogen heeft een boom dankzij de bladgroenkorrels in de bladeren. Deze bladgroenkorrels geven de groene kleur aan het blad en zij zorgen met behulp van (zon)licht voor het proces van de fotosynthese. Bij dit proces ontstaan naast koolhydraten ook zuurstof die noodzakelijk is bij de ademhaling van dieren en mensen.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Einde
Wat nu?
- Lezen
- Spelletje spelen
- Wandelen

Slide 13 - Diapositive