Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Welkom 1B
Even voorstellen
Aankondiging toets + voorekennis activeren
Par 2 afronden
Slide 1 - Diapositive
Wie ben ik?
Slide 2 - Diapositive
De vorige lessen...
HFSK 3 is afgerond
Wat gaan wij nu doen? HFSK 3 herhalen
Hoe? LessonUp
Toets HFSK 3 > volgende week (27&28 mei)
Slide 3 - Diapositive
HFSK 3
-Val Romeinse Rijk + Franken
-Leven op het platteland
-Verspreiding van het christendom
-Trouw aan de heer/leenstelsel
Slide 4 - Diapositive
Wij gaan nu m.b.v. LessonUp de lesstof herhalen voor de volgende week. Let goed op!
Slide 5 - Diapositive
Par 2
-Val van het Romeinse Rijk
-Het Frankische Rijk
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Noem zoveel mogelijk landen op die onderdeel waren van het Romeinse Rijk
Slide 8 - Question ouverte
Uiteindelijk zou het Romeinse Rijk in de 5de eeuw n.C. vallen. Wat is hiervan een oorzaak?
A
Het leger was te klein
B
De Hunnen en andere volkeren waren veel sterker dan de Romeinen
C
De Romeinen waren niet meer gemotiveerd om hun eigen Rijk te verdedigen
D
De belastingen waren voor de inwoners te zwaar
Slide 9 - Quiz
Wat is nog een oorzaak voor de val van het Romeinse Rijk?
A
De volkeren die in het Romeinse Rijk leefden waren vijandig tegenover het Rijk
B
Er was altijd veel ruzie om de opvolging van keizers
C
De wapens van de Romeinen waren niet up to date
D
Alle Romeinse ambtenaren waren corrupt en verduisterden het belastinggeld
Slide 10 - Quiz
In Europa vonden rond 300-500 n.C. veel volksverhuizingen plaats. Wat betekend dit?
A
De verhuizing van de Romeinen uit de Grieks-sprekende gebieden uit het oosten
B
De verhuizing van het platteland naar de stad
C
De verhuizingen van de stad naar het platteland
D
Volkeren die zich binnen de landsgrenzen van het Romeinse Rijk vestigden
Slide 11 - Quiz
Met de val van het Romeinse Rijk begon een nieuw tijdperk: dit was....
A
De Oudheid
B
Postmodern-Europa
C
De Middeleeuwen
D
Vroegmoderne Tijd
Slide 12 - Quiz
Tijdens de Middeleeuwen was er een Rijk op in Europa die qua macht en welvaart in de buurt kwam van de Romeinen. Dit waren de......
A
Goten
B
Byzantijnen (Oost-Romeinse Rijk)
C
Franken
D
Hunnen
Slide 13 - Quiz
Waarom waren geestelijken (priesters en monniken) tijdens de Middeleeuwen heel belangrijk voor een koning?
A
Omdat zij konden lezen en schrijven, wat het besturen van een Rijk makkelijker maakt
B
Omdat geestelijken, in tegenstelling tot de adel, wel te vertrouwen waren
C
Omdat zij bidden voor het zielenheil van hun onderdanen
D
Omdat ambtenaren in de Middeleeuwen niet goed getraind waren
Slide 14 - Quiz
Onthoud het volgende van par 2.
De oorzaken van de val van het Romeinse Rijk
-Klein leger
-Belastingen
-Ruzies om de troonopvolging
Volksverhuizingen
Het Frankische Rijk
Slide 15 - Diapositive
Par 3
Het Hofstelsel (leven op het platteland in de Middeleeuwen)
Slide 16 - Diapositive
Wat was een gevolg van de val van het Romeinse Rijk?
A
Grote oorlogen kwamen niet meer voor
B
Het christendom in Europa verdween
C
Het werd voor iedereen veel onveiliger
D
Niemand kon meer lezen en schrijven
Slide 17 - Quiz
In de Middeleeuwen werden er veel domeinen gebouwd. Wat was een domein?
A
Een heel groot kasteel waar een oud-Romeinse generaal de baas was
B
Een middeleeuws cidatel
C
Een versterkte boerderij waar de heer de baas was
D
Dit waren grote torens, net als de Domtoren in Utrecht
Slide 18 - Quiz
Veel boeren in de Middeleeuwen besloten om zich vrijwillig aan te melden bij het domein van een heer, waardoor zij een horige (gehoorzame) boer werden. Waarom?
A
Omdat zij op domeinen wel wapens mochten gebruiken om zich te verdedigen
B
De boeren hadden toch geen keus, de grootgrondbezitters waren te sterk
C
Omdat zij op een domein veel meer geld konden verdienen
D
Het was toen heel onveilig, de heer kon veiligheid bieden
Slide 19 - Quiz
Wat waren herendiensten?
A
De titel die volwassene mannen in een domein kregen
B
Dienen in het legertje van de heer
C
Klusjes die horige boeren voor hun heer moesten verrichten
D
De gewone landbouwwerkzaamheden die elke boer moest verrichten
Slide 20 - Quiz
Onthoud het volgende van par 3.
Middeleeuwen: onveilig!
Boeren zochten veilig > heer op zijn domein
Boeren waren ondergeschikt aan de heer > herendiensten
Slide 21 - Diapositive
Par 4
Verspreiding christendom in Europa
Slide 22 - Diapositive
Hoe werden niet-christelijke mensen in de Middeleeuwen genoemd?
A
Heidenen
B
Verraders
C
Gewetenlozen
D
Gekkies
Slide 23 - Quiz
Hoe werd het christendom in Europa verspreid?
A
Door alle niet-christenen zonder pardon te doden
B
Door monniken die veel reisden om het woord van God te verkondigen
C
Door feestdagen en andere heidense gewoonten te koppelen aan het christendom
D
Door Bijbels uit te delen die de mensen zelf konden lezen
Slide 24 - Quiz
In de Middeleeuwse gemeenschappen ontstond er een standensamenleving. Ieder mens werd in 3 categorieën geplaatst. Welke waren deze?
A
1: koning. 2: adel. 3: boeren.
B
1. christenen. 2: foute christenen. 3: heidenen
C
1: adel. 2: soldaten. 3: boeren
D
1: geestelijken. 2: adel. 3: boeren
Slide 25 - Quiz
Onthoud het volgende van par 4/5
Middeleeuwen: Europa word gekerstend (christelijk)
Hoe > monniken die het woord verkondigen, christendom met heidense gebruiken mengen
7de eeuw: islam verspreid zich vanuit het Arabisch schiereiland
Slide 26 - Diapositive
Par 6
Leenstelsel/Trouw aan de heer
Slide 27 - Diapositive
In de Middeleeuwen kon je grond lenen van een leenheer. Hoe werden de mensen die de grond leenden genoemd?
A
Leenmannen
B
Huurlingen
C
Huurmannen
D
Edelen
Slide 28 - Quiz
Met welk probleem hadden de koningen in de Middeleeuwen te maken?
A
Zij kregen geen steun van de geestelijkheid
B
Veel onderdanen waren heidenen
C
De koningen hadden geen legers tot beschikking
D
Veel leenmannen waren niet gehoorzaam
Slide 29 - Quiz
In 814 overleed Karel de Grote. Niet veel later viel het Frankische Rijk uiteen. Wat was hiervan de oorzaak?
A
Er was een gebrek aan geld
B
Het Frankische Rijk werd vanuit alle kanten aangevallen
C
De zonen van Karel kregen ruzie met elkaar
D
De paus probeerde de troon zelf op te eisen, met als gevolg dat Europa verdeeld raakte
Slide 30 - Quiz
Onthoud het volgende van par 6
In de Middeleeuwen hadden koningen een probleem: veel onderdaden waren niet gehoorzaam
Oplossing: leenstelsel invoeren > leenmannen krijgen een stukje grond in ruil voor gehoorzaamheid
Slide 31 - Diapositive
Ga aan de slag
Ga naar Memo
Veel opdrachten van par 2, 3, 4 en 6 zijn nog niet af
Ga hiermee de rest van de les aan de slag! Probeer bij elke paragraaf t/m 10 af te hebben