les 14 De persoonsvorm in de tegenwoordige tijd

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Welkom allemaal 

- Jassen uit, tas op de grond
- Spullen: laptop, pen/potlood 
- telefoon in zakkie

Het programma

Het lesdoel 

voorkennis activeren 
stof opfrissen 

oefenblad (denken - delen - uitwisselen)

klassikaal uitwisselen 
terugkoppeling lesdoel 

Wat weet je al over de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd?

Hoe vind je de persoonsvorm?

- vraagzin maken 

- getal veranderen 
- tijd veranderen 

Wat is de tegenwoordige tijd?

• De tijdsvorm die wordt gebruikt om te verwijzen naar huidige gebeurtenissen
  
  
  --> trucje? 

Onregelmatige werkwoorden

• Werkwoorden die de standaardregels niet volgen bij het veranderen van vorm
• Voorbeelden: 'hebben', 'mogen', 'willen', 'zijn' en 'zullen'
  
  
  

Voorbeeld: Onregelmatige werkwoorden

• Ik heb
• Jij hebt
• Hij/zij/het heeft
• Wij/jullie/zij hebben

Voorbeeld: Regelmatige werkwoorden

• Ik loop
• Jij loopt
• Hij/zij/het loopt
• Wij/jullie/zij lopen

Denken - delen - uitwisselen 

- Zelf oefenblad maken (8-10 min) 
- met buurman/buurvrouw antwoorden uitwisselen (5 min) 
- klassikaal bespreken (5 min) 

Het lesdoel

• Aan het einde van de les kun je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd schrijven.