10-14 jan werkwoordspelling + tegenwoordig deelwoord

werkwoord: blijven


VT
Wij ......... gisteren in huis.
1 / 17
suivant
Slide 1: Question ouverte
SpellingBasisschoolGroep 7,8

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

werkwoord: blijven


VT
Wij ......... gisteren in huis.

Slide 1 - Question ouverte

werkwoord: krijgen


VT
Mijn tante ..... een nieuwe auto.

Slide 2 - Question ouverte

werkwoord: ontbijten


VT
Gisteren ......... wij bij mijn oma.

Slide 3 - Question ouverte

werkwoord: glijden


VT
Mijn broertje ....... van de glijbaan.

Slide 4 - Question ouverte

werkwoord: smelten


VT
De ijsjes ....... in de zon.

Slide 5 - Question ouverte

werkwoord: bevallen


VT
De nieuwe oven  ....... mijn moeder goed..

Slide 6 - Question ouverte

werkwoord: drijven


TT
Het bootje ....... in het water.

Slide 7 - Question ouverte

werkwoord: drijven


TT
Het bootje ....... in het water.

Slide 8 - Question ouverte

werkwoord: drijven


TT
Het bootje ....... in het water.
VT

Slide 9 - Question ouverte

Tegenwoordig deelwoord 
Hoe ben je iets aan het doen?

Huilend loop ik naar school, lachend vertel ik een mop, kwijlend kijk ik naar chocola. 

Slide 10 - Diapositive

Hoe schrijven we dit?
Hele werkwoord (infinitief) + een d!!!

Altijd een d! 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Denken - Merite liep ... over straat.

Slide 13 - Question ouverte

Dromen - Lieke zat ... op de bank.

Slide 14 - Question ouverte

Zoeken - De eekhoorn sprong ... van tak tot tak.

Slide 15 - Question ouverte

Klagen - Gijs verliet ... de klas.

Slide 16 - Question ouverte

Herstellen - Henk ligt ... in het ziekenhuis.

Slide 17 - Question ouverte