105. Deel 7b, blok 3, week 1 Les 4 rekenen met schaal


1 / 25
suivant
Slide 1: Question ouverte
RekenenBasisschoolGroep 6,7

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon


Slide 1 - Question ouverte


Slide 2 - Question ouverte

De schaal staat altijd in cm aangegeven.
Dus 1 : 100 betekent dat 1 cm in het echt 100 cm is.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quiz

Rekenen met een schaal






Slide 4 - Diapositive

Waar kom je een schaal tegen?




Slide 5 - Diapositive

LESDOEL
Ik kan afmetingen in het echt berekenen op basis van formele schaalaanduiding (bv 1 : 100).

1 staat tot 100
1 cm is in werkelijkheid 100 cm

Slide 6 - Diapositive


1 cm is in het echt ...... m

Slide 7 - Question ouverte


1 : 300
Hoe hoog is de moskee in het echt?
....... meter

Slide 8 - Question ouverte

Rekenen op schaal, wat is dat?
- schaal meten doe  je altijd in cm.
- getal voor de : meet je met je liniaal 
- getal achter de : zijn de centimeters in werkelijkheid

Slide 9 - Diapositive

1 : 40
1 staat tot 40
1 cm is in werkelijkheid 40 cm



Slide 10 - Diapositive

Wat ga jij vandaag leren?

Slide 11 - Question ouverte

Hoe spreek je 1 : 100 uit?

vertel het aan elkaar

Slide 12 - Diapositive

1:100
  • Waar staat het getal 1 voor?
  • Wat betekent het getal 100?

Slide 13 - Diapositive

Juf doet het voor
Je meet 15 cm op de kaart.

Slide 14 - Diapositive

pak je wisbord
Een molen in Madurodam is
5 cm hoog.
De schaal is 1 : 200.

Hoe hoog is de toren dan in het echt?
De toren is .... meter
10 meter

Slide 15 - Diapositive

Schrijf het antwoord op je wisbord!

Slide 16 - Diapositive


Hoe lang is de brug in het echt?
....... meter

Slide 17 - Question ouverte

Nu samen

Slide 18 - Diapositive

Nu jij.

Slide 19 - Diapositive

Juf doet het voor
stap 1: reken de schaal om naar meters
stap 2: deel de meters die Tomas heeft gelopen door de uitkomst van stap 1. Nu weet je hoeveel cm hij heeft gelopen.


Slide 20 - Diapositive

Nu jullie
overleg met elkaar.
Wat is stap 1
Wat is stap 2

Slide 21 - Diapositive

Nu jij

Slide 22 - Diapositive

Nog een paar vragen
  • Wat betekent 1:5000?
  • Welke maat wordt hier gebruikt?
  • Hoeveel m is 5000 ?
  • Hoeveel meter is dan 6 cm.








Slide 23 - Diapositive

REKENEN
 Deel 7b, blok 3, week 1, Les 4

Opgave 1L









Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien