LEZEN / les 1 / H1 / Hoofdgedachte, onderwerp en tekstdoel

Lezen 1

Hoofdgedachte 
Onderwerp
Tekstdoelen


1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Lezen 1

Hoofdgedachte 
Onderwerp
Tekstdoelen


Slide 1 - Diapositive

Wat leer je vandaag ?

Na deze les kun je het onderwerp, de hoofdgedachten en het tdoel van de tekst benoemen.

Slide 2 - Diapositive

Lezen & luisteren:

  • ID, studentenpas, 90 minuten, 4 leesteksten en 3 luisterfragmenten

Slide 3 - Diapositive

Welke vragen kan je verwachten?

Slide 4 - Carte mentale

Vragen: 
- Tekstbegrip: Wat staat er in de tekst over...? 
- Woordbegrip: Wat wordt er bedoeld met? 
- Tekstdoelen: Wat is het doel van de schrijver? 
-  Samenvatten: Wat is het onderwerp van de tekst/alinea? 
- Signaalwoorden: Waar verwijst dit woord naar? 

Slide 5 - Diapositive

Het onderwerp van een tekst beschrijf je in:
A
Een zin
B
Meerdere zinnen
C
Eén of meerdere woorden
D
Een hele alinea

Slide 6 - Quiz

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?
A
De samenvatting van de tekst in een alinea.
B
De samenvatting van de tekst in een of meerdere woorden.
C
De samenvatting van de tekst in 1 zin.
D
De lead of inleiding

Slide 7 - Quiz

Voorbeeld

Slide 8 - Diapositive

Antwoord voorbeeld
Onderwerp
"Yellow Cabs"
Hoofdgedachte
De circa 13.00 fameuze gele taxi's in de Amerikaanse metropool New York worden vervangen

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat is het onderwerp?
A
Een examenverbod voor slechte leerlingen
B
Twee scholen in de Randstad verbieden leerlingen examen te doen
C
Geen examen voor slechte leerling
D
leerlingen met slechte cijfers mogen geen examen doen

Slide 11 - Quiz


Wat is de hoofdgedachte?
A
Twee scholen in de Randstad verbieden leerlingen examen te doen
B
Een school mag een leerling adviseren af te zien van examen
C
Vijf leerlingen meldden zich de afgelopen maand bij het LAKS
D
Om een hoog slagingspercentage te garanderen, weigeren scholen leerlingen met slechte cijfers examen te laten doen

Slide 12 - Quiz

Elke tekst bevat een onderwerp en hoofdgedachte.
Onderwerp
- Het onderwerp geeft in één woord of in een aantal woorden aan waar de tekst over gaat
- Het onderwerp is nooit een hele zin
- Je kunt het onderwerp vaak al uit de titel halen
- Vaak wordt het onderwerp letterlijk herhaald in de tekst
- Stel jezelf de vraag: waarover gaat de tekst? > onderwerp


Slide 13 - Diapositive

Elke tekst bevat een onderwerp en hoofdgedachte.
Hoofdgedachte
- De hoofdgedachte van een tekst geeft in één zin de belangrijkste informatie uit de tekst weer
- Het is dus de kortst mogelijke samenvatting van een tekst
- Je kunt de hoofdgedachte formuleren door antwoord te geven op de vraag : "Wat zegt de schrijver over het onderwerp?"

Slide 14 - Diapositive

Belangrijkste tekstdoelen:

  • Informeren
  • Instrueren
  • Overtuigen
  • Overhalen

Slide 15 - Diapositive

Tekstdoelen
Uitleg Tekstdoelen:

  • informeren : de schrijver geeft de lezer informatie over een onderwerp.
  • Instrueren : de schrijver legt de lezer uit hoe hij iets moet doen of gebruiken.
  • Overtuigen : de schrijver wil dat de lezer het met hem eens is (mening beïnvloeden!)
  • Overhalen :  de schrijver wil dat de lezer iets gaat doen (activeren)

Slide 16 - Diapositive

Voorbeelden tekstdoelen:

  • informeren (nieuws, voorlichting, geboortekaartje)
  • instrueren (recept, handleiding)
  • overtuigen (politieke folder, ingezonden brief)
  • overhalen (reclamefolder, advertentie, uitnodiging)

Slide 17 - Diapositive

Advertentie op Marktplaats
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 18 - Quiz

Nieuwsbericht over corona.
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 19 - Quiz

Oproep om te gaan demonstreren tegen coronamaatregelen
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 20 - Quiz

Je schrijft een brief aan de gemeente, waarin je vertelt wat je van de wegomleiding door jouw straat vindt.
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 21 - Quiz

Een kookrecept
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen/betogen
D
overhalen

Slide 22 - Quiz

Sleep de de tekstsoorten naar de juiste categorie
Informatieve tekst
Instructieve tekst
Interview met Mark Rutte
Recept voor appeltaart in een kookboek
Gebruiksaanwijzing van een naaimachine
Tutorial op YouTube
over make-up
Bijsluiter van Paracetamol
Nieuwsbericht over aantal coronabesmettingen
Voorlichtingsbrochure over de ov-chipkaart
Handleiding hoe je je ov-chipkaart moet activeren
Achtergrondartikel over de invloed van corona op de kledingindustrie

Slide 23 - Question de remorquage

Controle voor jezelf:

  • Je kunt het tekstdoel benoemen?
  • Je kunt zeggen voor welk publiek een tekst bedoeld is?

Slide 24 - Diapositive

Oefenexamen

  • Facet 
  • MBO Nederlands 2F 2020-2021 voorbeeldexamen dos_oefen 
  • Verschil tussen aanleiding en inleiding

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Lien