Werkwoordelijk gezegde

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

werkwoordelijk gezegde

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

What is "het werkwoordelijk gezegde" in het Engels?

(verb saying)

Werkwoordelijk gezegde

Het werkwoordelijk gezegde bestaat uit alle werkwoorden in een zin. 

Een persoonsvorm behoort dus ook altijd tot het werkwoordelijk gezegde.

Er zijn 3 vormen

Persoonsvorm (PV) personal form)

Heel werkwoord (WW) (Whole verb)

Voltooid deelwoord (VDW) (past participle)

PV (persoonsvorm)

1. kan alleen in een zin voorkomen (1 werkwoord)

Ik / eet/  een ijsje

2. kan met een heel werkwoord in de zin voorkomen.

Ik / wil / een ijsje eten

3. kan met een voltooid deelwoord (past participle) voorkomen.

Ik / heb / een ijsje /gegeten/. (Phrases = zinsdelen)

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin?

werkwoordelijk gezegde

De voorzitter

reikt

na het toernooi

de prijzen

uit

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

gekeken.

Het werkwoordelijk gezegde

We 

hebben

vanavond

een serie 

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Het werkwoordelijk gezegde

Janneke

heeft

haar werk

goed

gedaan

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Het werkwoordelijk gezegde

Janneke

heeft

haar werk

goed

gedaan

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Het werkwoordelijk gezegde

Piet

drinkt

een blikje cola

in de pauze

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

.

Het werkwoordelijk gezegde

Het wedstrijdschema

wordt

door de handbaltrainer

op Facebook

gezet.

hele ww.

PV

vdw

Hij wil graag naar huis!

Ze gaan de hele dag zwemmen. 

Hij heeft gisteren een taart gebakken. 

pv

vdw

hele ww

gekookt

bedoelen

bleef

heeft

gelopen

lezen

Harrie en Henk lezen de gebruiksaanwijzing.
lezen =

1. PV
2. heel ww
3. vdw

Ik heb gisteren heerlijk gegeten.
Heb =

1. PV
2. heel ww
3. vdw

Welke vormen zie je in de zin:Dr. Atkins was drie kilo aangekomen.

1. pv, heel ww
2. heel ww, pv
3. pv, vdw
4. vdw, pv

Welke vormen zie je in de zin:
Mag jij vuurwerk afsteken?

1. pv, heel ww
2. heel ww, pv
3. pv, vdw
4. vdw, pv

Wij moeten zelf onze boodschappen doen.
doen =

1. PV
2. heel ww
3. vdw

Ik heb gisteren heerlijk gegeten.
gegeten =

1. PV
2. heel ww
3. vdw

Welke vormen zie je in de zin: 

Pinquins kunnen niet vliegen

1. pv/vdw
2. hele ww / vdw
3. pv / hele ww

Na het eindsignaal heeft onze coach de wedstrijd nabesproken.

1. PV
2. Hele WW
3. VDW

Hij heeft ons niet gelukkig kunnen
maken.

1. pv, heel ww, vdw
2. pv, heel ww, heel ww
3. pv, vdw, heel ww
4. pv, vdw, vdw

Hij heeft een nieuwe auto.

1. pv
2. heel ww
3. vdw
4. geen ww

Dat zou ik nooit gedaan hebben.

1. pv, heel ww, vdw
2. heel ww, pv, vdw
3. pv, vdw, heel ww
4. vdw, pv, heel ww

Mijn vader heeft de bbq aangestoken.
aangestoken =

1. PV
2. heel ww
3. vdw