Retrieval Practice Proefwerk 2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Proefwerk 2:
Hoofdstuk 3 en Hoofdstuk 4

De laatste voorbereidingen
Periode 2

Reflectie SO

Retrieval Grid

Kernbegrippen

Whiteboard.fi

WAUW

Mini SO's

Samenvattingen

Quizlet toetsen

Reflectie laatste SO

Knelpunten:
1. ...

2. ...

3. ...

4. ...

5. ...

6. ...

Onderwerp 1	Onderwerp 2	Onderwerp 3
Onderwerp 4	Onderwerp 5	Onderwerp 6
Onderwerp 7	Onderwerp 8	Onderwerp 9

Kernbegrippen

Kan je een zin met het begrip maken?
Kan je het begrip tekenen?

Hoofdstuk 3

...

...

...

...

...

Hoofdstuk 4

...

...

...

...

...

Tekenen met:

Whiteboard.fi

...

...

...

...

...

...

W

WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?

A

Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN

U

Uitzonderingen

WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?

W

Windrichtingen. 

BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

W

WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?

A

Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN

U

Uitzonderingen

WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?

W

Windrichtingen. 

BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

W

WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?

A

Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN

U

Uitzonderingen

WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?

W

Windrichtingen. 

BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

W

WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?

A

Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN

U

Uitzonderingen

WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?

W

Windrichtingen. 

BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

W

WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?

A

Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN

U

Uitzonderingen

WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?

W

Windrichtingen. 

BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

W

WAT GEEFT DE KAART WEER (LEGENDA)?

A

Algemene patroon?
WAAR VEEL? WAAR WEINIG? GEBRUIK SPREIDINGSWOORDEN

U

Uitzonderingen

WELKE GEBIEDEN VALLEN BUITEN HET ALGEMENE PATROON?

W

Windrichtingen. 

BESCHRIJF MET BEHULP VAN WINDRICHTINGEN (EN TOPONIEMEN)

Mini SO 3.1

R	2p	De cultuur in Gambia is anders dan die van Nederland. Noem twee verschillende cultuurelementen.
T1	3p	Gebruik de bron. (1p) Welk klimaat is zichtbaar in de bron; (2p) Leg uit waarom dit klimaat in Gambia voorkomt.
T2	3p	(1p) Wat is klimaat en landschap; (2p) Beschrijf het verband tussen het klimaat en landschap;
I	2p	In Gambia komen verschillende culturen voor. Geef hiervoor een historische oorzaak.

Houdt PTD aan

Mini SO 3.2

R	2p	(1p) Waarom werd Gambia gekoloniseerd? (1p) Door wie werd Gambia gekoloniseerd?
T1	3p	Gambia scoort onvoldoende op de meeste ontwikkelingskenmerken. Noem drie van deze kenmerken.
T2	2p	Leg uit hoe het komt dat Gambia een klein land is midden in Senegal.
I	3p	Vroeger waren er plannen om Gambia en Senegal samen te voegen. (1p) Waarom wouden beide landen dit? (2p) Waarom is het niet gelukt?

Houdt PTD aan

Mini SO 3.3

R	2p	(1p) In welk gedeelte van Gambia wonen de meeste mensen? (1p) Waarom wonen hier de meeste mensen?
T1	3p	Gebruik de bron. (1p) Zijn er in Gambia veel oudere of jongere? (2p) Geef hiervoor een verklaring.
T2	3p	In Gambia gaan weinig kinderen naar school. (1p) Geef hiervoor een verklaring (2p) Leg uit waarom de overheid hier weinig aan kan doen.
I	2p	Wat is het gevaar voor Gambia als de aarde nog meer opwarmt? (tip: denk aan de grote rivier van Gambia)

Houdt PTD aan

Mini SO 3.4

R	2p	Geef twee verklaringen waarom Gambia zo slecht scoort op de wereldwijde ontwikkelingsranglijst.
T1	3p	Als de directe werkgelegenheid toeneemt, dan neemt de indirecte werkgelegenheid ook toe. Leg dit uit met een voorbeeld.
T2	3p	(1p) Op korte termijn is het voor Gambia verstandig om zich meer te gaan richten op Toerisme. Leg dit uit (2p) Wat kunnen ze op lange termijn doen?
I	2p	Gambia heeft te maken met braindrain. (1p) Leg uit wat dit is; (1p) Leg uit dat braindrain negatief is, maar ook positief kan zijn;

Houdt PTD aan

Mini SO 4.1

R	2p	(1p) Wat zijn exogene- en endogene krachten? (1p) Benoem per kracht een voorbeeld.
T1	3p	Gebruik de bron. (1p) Hoe noemen we de aardbewegingen van <1>, <2> en <3>? (2p) Leg uit waarom de aardplaten bewegen.
T2	3p	Gebruik de bron. Leg in drie stappen uit waarom er vulkanen in Japan voorkomen.
I	2p	Gebruik de bron. Als gevolg van een aardbeving kan ook een tsunami ontstaan. Leg dit uit.

Houdt PTD aan

Mini SO 4.2

R	2p	(1p) Wat is een tsunami? (1p) Hoe ontstaat een tsunami?
T1	3p	Gebruik de bron. In welk gedeelte van Japan is het risico op een Tsunami het grootst. Geef hier een verklaring voor.
T2	3p	Waarom is het moeilijk om je zelf voor te bereiden op een aardbeving maar wel makkelijk op een tsunami.
I	2p	Waarom moeten de mensen in Japan altijd rekening houden met een tsunami na een aardbeving?

Houdt PTD aan

Mini SO 4.3

R	2p	Noem twee type vulkaanuitbarstingen.
T1	3p	Gebruik de bronnen. (1p) Wat voor soort vulkanen zie je in de bron? (2p) Leg uit hoe deze vulkanen zijn ontstaan.
T2	3p	Verklaar waarom de grond rondom een vulkaan vruchtbaar is.
I	2p	(1p) Waarom komen er in Japan zoveel vulkanen voor? (1p) Welke vormen van Hazard Mangement kan je toepassen bij vulkanen?

Houdt PTD aan

Samenvatting 3.1

Samenvatting 3.2

Samenvatting 3.3

Samenvatting 3.4

Samenvatting 4.1

Samenvatting 4.2

Samenvatting 4.3

     toets hoofdstuk 3

https://quizlet.com/604967824/test

     toets hoofdstuk 4

https://quizlet.com/604967824/test

Voor meer informatie bekijk je
de losse LessonUp lessen

De vaksectie aardrijkskunde wenst je alvast veel succes met het maken van je toets. Neem gerust contact op met je docent als je aanvullende vragen hebt.