Leidinggeven les hoofdstuk 7 boek ZWK 3

Leidinggeven 
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
VTHMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Leidinggeven 

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Na deze les kan je:
Opdrachten geven aan lerende medewerker
Instructie geven aan lerende medewerker
Informeren van een lerende medewerker
Feedback geven aan lerende medewerker

Slide 2 - Diapositive

Het team 
Team bestaat uit een aantal medewerkers:
Chef
Sous-chef
Chef de parti 
Leerlingen
Belangrijk: behalen van doelen met een goede teamspirit

Slide 3 - Diapositive

Teamspirit Creëren 
Team eisen:
Een gemeenschappelijk doel
Regelmatig overleg
De leden kunnen goed met elkaar samenwerken
Team is niet te groot
Er is een open communicatie
De leden hebben een flexibele instelling

Slide 4 - Diapositive

Overige eisen
Overige team eisen:
  • Het team moet goed geleid worden
  • Verschillende persoonlijkheden in het team
  • Er is een eerlijke werkverdeling
  • Van tijd tot tijd moet het team een ontspannen bezigheid hebben (teamuitje).
Chef voldoet aan deze eisen --> gemotiveerd personeel

Slide 5 - Diapositive

Werkafspraken
Voorbeelden:
Iedereen helpt met schoonmaken
Bij drukte zetten we allemaal een stapje extra
Ook onder druk blijven we vriendelijk tegen elkaar
Tijdens werktijd geen gebruik telefoons
Een onduidelijke regel:
Er mag geluncht worden als de grootste drukte voorbij is

Slide 6 - Diapositive

Normen op de werkplek
Naast de werkafspraken gelden er ongeschreven regels waarvan wordt verwacht dat je deze naleeft.
Voorbeelden:
Je gaat niet eerder naar huis dan dat iedereen klaar is.
Als je drinken haalt doe je dat voor iedereen.
etc
Maak opdracht 7.01 t/m 7.03

Slide 7 - Diapositive

Communicatie

Belangrijk bij communiceren:
Standpunt met argumenten
Kwaliteit van het verhaal
Eerlijkheid
Flair of lef
Overtuigingskracht

Slide 8 - Diapositive

Formulering en opbouw eigen mening
De volgende zaken spelen een rol bij het mening verwoorden:
  1. Formulering en opbouw
  2. Presentatie 
  3. Eerlijkheid
  4. Fouten die je kunt maken


Slide 9 - Diapositive

Argumenten
Wat je vindt: 
Argumenten voor 
Argumenten tegen
Waarom je dat vindt: 
Argumenten afwegen tegen elkaar

Maak opdracht 7.04 t/m 7.06

Slide 10 - Diapositive

Presentatie eigen mening
Gebruik de ik-boodschap --> ik vindt
Breng structuur aan --> duidelijke opbouw in je verhaal
Laat non-verbaal gedrag overeenkomen met wat je zegt
--> bv als je zegt ik ben boos kijk daar dan ook boos bij.
Durf --> toon durf.
Soms lukt dat niet doordat --> je bang bent om: de ander pijn te doen, iets doms te zeggen of afgewezen te worden

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Eerlijkheid

Probeer niet te beschuldigen:
Door in de ik-boodschap te spreken zeg je iets over of van jezelf.

Incasseringsvermogen van de ander:
De een is sneller dan de ander: emotioneel, kwaad, verdrietig of anders (houd hier rekening mee).
kwetsbare mensen --> sneller negatief -->kritiek

Slide 13 - Diapositive

Fouten die je kunt maken
Belangrijke aandachtspunten:
  • Niet denken dat je al weet wat de ander bedoelt
  • Geen waardeoordeel geven
  • Geen eigen mening formuleren zonder echt te luisteren of verder te vragen

Maak opdracht 7.07

Slide 14 - Diapositive

Informeren

Informatie vragen -->heeft de student begrepen wat je bedoelt?
Goed luisteren --> succesvol verloop communicatieproces
Verbaal reageren --> de woorden die je zegt
Non-verbaal reageren --> de lichaamstaal die je laat zien
Vocaal reageren --> de stem die je laat klinken
Flexibel luisteren (passief of actief luisteren) --> je luistert met ogen en oren (lees lichaamstaal).

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Vragen stellen

Het vragen stellen vereist een heel andere techniek: 

Gesloten vragen --> ja of nee antwoord
Open vragen --> een vraag die uitnodigt tot een ruim antwoord
Hoofdvragen --> aansnijden nieuw onderwerp
Doorvragen --> Ingaan op de hoofdvraag 


Slide 17 - Diapositive

Informatie geven
Het is belangrijk om de vraag duidelijk te krijgen --> wat wil iemand weten
Geef alleen informatie die gezien de situatie nodig is --> Dwaal niet af, beperk je tot de hoofdzaken
Formuleer op juiste wijze --> afhankelijk van je gesprekspartner
In noodsituaties  --> duidelijke en korte instructies

Slide 18 - Diapositive

Informatie
Informatie moet:
  • Duidelijk geformuleerd zijn
  • Begrijpelijk zijn
  • Aansluiten bij de vraag
  • Uitvoerbaar zijn

Maak opdacht 7.09 t/m 7.10

Slide 19 - Diapositive

Instructie geven

Instrueren zodat de leerling/stagiaire het na de uitleg zelf kan:
  1. Doel formuleren
  2. De volgorde
  3. Duidelijk en helder formuleren
  4. Controleer of de instructie begrepen wordt
  5. Controleer dit nogmaals na de instructie
Maak opdracht 7.11

Slide 20 - Diapositive

Het motiveren van medewerkers
Gemotiveerde medewerkers zorgen voor:
Betere kwaliteit --> willen werk zo goed mogelijk doen
Werken harder --> zorgen voor een hogere productie
Zijn trouw --> minder snel op zoek naar een andere baan
Minder personeelsverloop

Slide 21 - Diapositive

Het motiveren van medewerkers
Het begint allemaal bij de leidinggevende:
Geef het juiste voorbeeld
Kom afspraken na 
Wees positief
Behandel andere zoals jezelf ook behandeld wilt worden
Vertrouw de medewerkers
Maak opdracht 7.12

Slide 22 - Diapositive

Feedback

Feedback wordt vaak als negatief ervaren!
Feedback is juist positief bedoeld
Functies van feedback:
Relaties tussen mensen verduidelijken --> bv: prettig gewerkt
Ongewenst gedrag veranderen -->  geef kans op verandering
Gewenst gedrag stimuleren --> bv: geef aan dat iets goed ging

Slide 23 - Diapositive

Geven van feedback
Feedback:

Slide 24 - Diapositive

Regels voor het geven van feedback

  • Beschrijf duidelijk het gedrag wat je bedoelt
  • Gebruik de ik-boodschap
  • Wacht niet te lang
  • Positief en opbouwend
  • Vertel ook je gevoelens
  • Vertel waarom het op een andere manier beter zou zijn.
  • Let op non-verbaal gedrag
  • Vertel zo kort en bondig mogelijk
  • Wat kan de ander verdragen?

Slide 25 - Diapositive

Regels voor het ontvangen van feedback
  • Luister goed
  • Controleer of je het goed hebt begrepen
  • Vraag een ander om zijn mening
  • Bij onduidelijkheden; vraag door
  • Bepaal zelf of je je gedrag wilt veranderen

Maak opdrachten 7.13 t/m 7.16

Slide 26 - Diapositive