EHBO

EHBO
Eerste hulp bij ongelukken/ongevallen
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

EHBO
Eerste hulp bij ongelukken/ongevallen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorkomen van ongevallen en EHBO
 Functie van belangrijke organen en weefsels

Doelstellingen

Aan het eind van dit hoofdstuk weet je:
  • wat bedoeld wordt met de vitale organen;
  • hoe het hart, de longen en de bloedomloop werken

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vitale organen

  • Hart
  • Longen
  • Hersenen

De hersenen, het hart en de longen zijn organen die van levensbelang zijn.
De drie vitale functies hangen nauw samen met elkaar. Als 1 van de 3 uitvalt, zullen de andere meestal volgen.
Een storing in een vitaal orgaan is dan ook levensbedreigend.


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdracht 2.05 Bouw en werking van het hart 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hersenen 

De hersenen bestaat uit drie delen                       
  • de grote hersenen;
  • de kleine hersenen;
  • de hersenstam.    

De hersenen zijn belangrijk voor
  • het besturen van je lichaam, zoals je beweging, gevoel en gedrag;
  • het regelen van je lichaamstemperatuur, hartslag, ademhaling en bloeddruk;
  • het geheugen, bewustzijn en emoties.


Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hart

Het hart is verdeeld in
  • een linkerhelft – bevat zuurstofrijk bloed;
  • een rechterhelft – bevat zuurstofarm bloed.  

Beide helften zijn ook weer verdeeld in twee delen
  • een bovenste deel = boezem;
  • een onderste deel = kamer.
Tussen de boezem en de kamer zitten hartkleppen


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Longen





  • zorgen ervoor dat ons lichaam zuurstof krijgt;
  • zijn zacht en sponsachtig: dat maakt ze erg kwetsbaar;
  • keel, neus en mond bedekt met een slijmvlies > schadelijke stoffen en bacteriën blijven bij het inademen voor een groot deel kleven aan het slijmvlies.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

opdracht 2.06 Hoe werken de longen 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van deze les:

* ik kan uitleggen wat EHBO betekent.

*ik kan vertellen wat de 5 stappen van EHBO zijn.

* Ik weet hoe ik hulp kan regelen.

* ik kan 5 accesoires vertellen die in een EHBO koffer zitten


Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is EHBO?
En wanneer gebruiken we het?

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

EHBO basis regels
  1. Let op gevaar
  2. Ga na wat er is gebeurd en daarna wat het slachtoffer mankeert
  3. Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting
  4. Zorg voor professionele hulp
  5. Help het slachtoffer op de plaats waar hij zit of ligt

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Centrale
  • Wie heb je nodig?
  • Waar ben je?
  • Wat is er gebeurd?
  • Wie is er gewond?


Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De inhoud van de koffer

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

AED???
AED???

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een AED?

Een Automatische Externe Defibrillator (AED)


een draagbaar apparaat dat het hartritme weer kan herstellen bij een hartstilstand. Dit gebeurt door het geven van een elektrische schok.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar staat de afkorting EHBO voor?
A
Eerst helpen, blijf kalm.
B
Eerste hulp bij onder uitgaan.
C
Eerste hulp bij oproepen.
D
Eerste hulp bij ongevallen.

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn vier stappen in de ehbo:
a. alarmeren, b. ehbo verlenen,
c. veiligheid, d. slachtoffer.
Wat is de juiste volgorde?
A
a - b - c - d
B
a - b - d - c
C
c - d - a - b
D
c - d - b - a

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie verleent EHBO?
A
Iedereen
B
De dokters in het ziekenhuis
C
Politie, brandweer en ambulance
D
Alleen mensen met een EHBO-diploma

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel belangrijke punten zijn er bij EHBO?
A
6
B
5
C
4
D
3

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke basisregel van de EHBO is juist
A
verplaats het slachtoffer
B
let op gevaar
C
bel de conciërge
D
zorg voor de omstanders

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk punt is 1 van de basisregels van EHBO
A
Koel het slachtoffer door koud water op zijn gezicht te deppen
B
verwijder kleding en sieraden van het slachtoffer
C
stel het slachtoffer gerust
D
blijf het slachtoffer aanspreken totdat hij bij bewustzijn komt

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand is gewond en je bent in Frankrijk. Welk nummer moet je bellen?
A
119
B
999
C
211
D
112

Slide 23 - Quiz

In heel Europa kun je naar 112 bellen!
Een man is van zijn ladder afgevallen. Hij ligt met pijn en een beetje bloed op de grond. De ladder kan om gaan vallen. Wat doe je eerst?
A
112 bellen
B
Het bloed weg vegen
C
De ladder pakken en veilig weg zetten
D
De man laten zitten op een stoel

Slide 24 - Quiz

Als eerste moet je zorgen voor de veiligheid. De ladder is niet veilig en daarom moet je die eerst weg zetten. Anders kan deze op de man of op jou vallen tijdens het geven van de hulp. Kijk daarna of het nodig is om 112 te bellen. Als dat niet hoeft, dan verzorg je de man zelf.
Een man ligt stil op de grond, hij is gevallen. Hij ligt op zijn buik en beweegt niet. Zijn hoofd en arm zijn kapot. Wat doe je als eerst?
A
Je kijkt of hij bewusteloos is (reageert hij op jou?)
B
Je draait de man op zijn rug.
C
Je verzorgt zijn hoofd en arm.
D
Je legt jouw jas onder zijn hoofd.

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kijk naar het plaatje. Iemand ligt bewusteloos op de grond. Wat moet je doen?
A
op veilige afstand wachten en kijken
B
112 bellen
C
mijn handen wassen met zeep
D
de persoon naar binnen tillen/verplaatsen

Slide 26 - Quiz

Je ziet dat iemand niet reageert en je ziet dat het een ongeluk is. Dan moet je meteen 112 bellen! Verplaatsen mag niet, de situatie is niet onveilig want de auto staat stil. Je hebt geen tijd om je handen te wassen en je moet meteen helpen/iets doen, dus wachten en kijken heeft ook geen zin.
Iemand ligt op de grond en is bewusteloos. Wat hoef je NIET te doen?
A
Luister naar de dokter die je hebt gebeld (112)
B
Probeer zelf rustig te blijven (geen paniek)
C
Kijk of iemand "wakker" wordt en controleer de ademhaling
D
Kijk of iemand kan eten of drinken

Slide 27 - Quiz

Als iemand bewusteloos is, is het belangrijk dat diegene weer "wakker" wordt en ook dat diegene blijft ademen. Je moet altijd zelf rustig blijven. Als je 112 hebt gebeld, dan helpt de assistent/dokter jou, hij/zij zegt precies wat je moet doen. Als er iets verandert, bijvoorbeeld de persoon stopt met ademen, dan moet je dat meteen zeggen!
Mark is met de fiets gevallen op de grond. Hij heeft een schaafwond. Wat moet je eerst doen?
A
een pleister op de wond plakken
B
De wond onder lauw stromend water houden
C
Jodium/dettol/... erop doen
D
Een verband er omheen

Slide 28 - Quiz

Altijd eerst de wond schoon spoelen. Daarna maak je de omgeving van de wond voorzichtig droog en als het nodig is, dan kan er een verbande op met een gaas eronder zodat het niet vast plakt. Het is beter om de wond aan de lucht te laten drogen. Let erop dat je werkt met handschoenen i.v.m. infecties.