Rangtelwoorden 1-30

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Wat heb je nodig deze les:

- Laptop of PC waarop je deze les volgt. Je kunt deze les niet volgen op alleen je mobiel!

- Je mobiel: De app Lesson Up (download hem eerst als je deze nog niet hebt, deze gebruiken we dit lesuur en heb je verplicht nodig.)

- Ik heb jullie microfoon gedempt. Als je een vraag hebt, stel deze dan in de chat van deze les. 

Zorg ervoor dat alles klaar is als de les begint! 

Vandaag:

Rückblick:

ein of eine

Persoonlijk voornaamwoord vervangen

Ziele:

Ik kan personen/dingen vervangen voor het juiste persoonlijke vnw.

Ik weet wat een rangtelwoord is.

Ik kan het Duitse rangtelwoord op de juiste manier opschrijven. 

Aufgaben:

google forms

Kontrolle:

Samen de les afsluiten.

ein of eine: Mann

1. ein
2. eine

ein of eine: Kind

1. ein
2. eine

kein of keine: Schwester

1. kein
2. keine

Persoonlijk voornaamwoord
vervangen

Grammatica A: 

Het persoonlijk voornaamwoord (blz. 58) 

Persoonlijk voornaamwoord: vervangen

mannelijke woorden --> er

vrouwelijke woorden --> sie

Onzijdige woorden --> es

meervoud --> sie

Voorbeeld: 

Piet wohnt in Madrid

Vervangen: er wohnt in Madrid

Voorbeeld: 

Lisa wohnt in Madrid

Vervangen: sie wohnt in Madrid

Voorbeeld: 

Das Buch ist alt.

Vervangen: es ist alt. 

Voorbeeld: 

Das Buch ist alt.

Vervangen: es ist alt. 

Voorbeeld: 

Tom und Lisa sind in Amsterdam.

Vervangen: sie sind in Amsterdam 

Regel:

Je vervangt de zinsdelen alleen voor:

er/sie/es

of

sie (meervoud)

Vervang het zelfstandig naamwoord:
Eine Frau steht da.

1. er
2. sie
3. es

Vervang het zelfstandig naamwoord:
Ich lese ein Buch.

1. er
2. sie
3. es

Vervang het zelfstandig naamwoord:
Keine Kinder sind in der Schule.

1. er
2. sie
3. es

Noem één rangtelwoord
in het Nederlands

Regel: rangtelwoorden Duits

* Tot en met 19 zet je -te achter het uitgeschreven getal, 

      bijv.: vierte

* Vanaf 20 zet je -ste achter het uitgeschreven getal,

      bijv.: einundzwanzigste

* Uitzonderingen:

      erste        siebte

      dritte       achte

Hoe vertaal je:
vijfde

1. fünfste
2. funfste
3. funfte
4. fünfte

Hoe vertaal je:
dertigste

1. dreißigste
2. dreizigte
3. dreizigste
4. dreißigte

Hoe vertaal je:
zestiende

1. sechszehnte
2. sechzehnte
3. sechszehnste
4. sechzehnste

Let op: aanvulling

Nederlands = De derde speler is aan de beurt.

(je zet een -e achter het getal)

Duits = De 3. speler is aan de beurt.

(je zet een punt ipv een -e)

Voorbeeld:

Der 2. Spieler (der zweite Spieler)

Let op: aanvulling 2

Als je zegt: Hij staat op de 2e plek

Duits: Er steht auf dem zweiten Platz

Ik begrijp de grammatica van de rangtelwoorden....

1. erg goed
2. goed
3. redelijk
4. niet

Huiswerk:

Let op: 

Het huiswerk staat weer in Som .

Let op :

Je hebt van mij een bericht gehad als ik nog werk van je krijg van afgelopen week. Dit moet echt af.