Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Temperatuurregulatie
Slide 1 - Diapositive
Leerdoel
Je kan het verschil benoemen tussen afwijkende en normaal waarden
Je herkent de bijbehorende symptomen
Je weet het verschil tussen hypo en hyperthermie
Klinisch redeneren, Je weet welke verpleegkundige handelingen er verricht moeten worden.
Slide 2 - Diapositive
Waarom warmte of koude toediening
Lichaamstemperatuur zo aan te passen dat de symptomen van een aandoening worden verlicht of de genezing wordt bevorderd.
Baby’s en ouderen hebben moeite met temperatuur regulatie.
Slide 3 - Diapositive
Wanneer spreekt men over een normale temperatuur?
A
35°C - 36,5°C
B
36,5°C-37,5°C
C
37°C-38°C
D
>38°C
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Warmte toediening
In welke situaties zou jij warmte toediening toepassen?
Onderkoeling
Koude rillingen
Pijnbestrijding
Plaatselijke ontstekingen
Slide 7 - Diapositive
Wat betekend hyperthermie
A
Onderkoeling, waarbij de lichaamstemperatuur >35C
B
Het gelijk blijven van de lichaamstemperatuur bij wisselende omstandigheden
C
Verhoogde lichaamstemperatuur die ontstaat doordat het lichaam de warmte niet goed kwijt kan
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
https:
Slide 10 - Lien
Wat betekend hypothermie?
A
Onderkoeling, waarbij de lichaamstemperatuur >35C
B
Het gelijk blijven van de lichaamstemperatuur bij wisselende omstandigheden
C
Verhoogde lichaamstemperatuur die ontstaat doordat het lichaam de warmte niet goed kwijt kan
Slide 11 - Quiz
Wanneer koude toediening?
• Brandwonden
• Hoge koorts
• Ontstekingen
• Blessures
• Pijnbestrijding
Slide 12 - Diapositive
Wat gebeurd er in je lichaam bij koude toediening?
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
kneuzing
Vaat verwijding
Vaat vernauwing
Menstruatie pijn
vasoconstrictie
vasodilatatie
Kruik
Coldpack
Slide 16 - Question de remorquage
Gebruik redding deken
Maak van een koud mannetje een goud mannetje. Goud aan de buitenkant indien de persoon koud is.
Zilver aan de buitkant om iemand te koelen.
Slide 17 - Diapositive
Opdracht
Casus koude rillingen.
Werk zelfstandig de casus uit. Probeer zoveel mogelijk klinisch te redeneren. Welke acties voer ik uit? En waarom doe ik dit? Geef zo uitgebreid mogelijk antwoord op de vragen