Oefenen van gram naar Mol

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Oefenopgave

Slide 2 - Diapositive

1. Hoeveel mol is 0,14 g natriumchloride NaCl?

Slide 3 - Question ouverte

2. Hoeveel mol is 5,62 g
kaliumsulfiet (K2SO3)?

Slide 4 - Question ouverte

3. Hoeveel mol is 0,125 kg butaan C4H10?

Slide 5 - Question ouverte

4. Hoeveel mol is 1,2 gram glucose C6H12O6?

Slide 6 - Question ouverte

5. Hoeveel mol is 30 gram zuurstof?

Slide 7 - Question ouverte

6. Hoeveel mol is 3,0 gram water?

Slide 8 - Question ouverte

7. Hoeveel mol is 3,0 g zwaveltrioxide?

Slide 9 - Question ouverte

8. Hoeveel mol is 23 mg hexaan(C6H14)?

Slide 10 - Question ouverte

9. Hoeveel mol is 3,4 kg ijzer(III)oxide (Fe2O3)?

Slide 11 - Question ouverte

10. Hoeveel mol is 1,3 gram ozon O3?

Slide 12 - Question ouverte

11. Hoeveel mol is 120 gram natriumoxide Na2O?

Slide 13 - Question ouverte

12. Hoeveel mol is 3,2 kg ammoniumchloride (=salmiak) NH4Cl?

Slide 14 - Question ouverte

13. Hoeveel mol is 0,125 gram zwavelzuur H2SO4?

Slide 15 - Question ouverte

14. Hoeveel mol is 6,2 gram natriumfosfaat (Na3PO4)?

Slide 16 - Question ouverte

15. Hoeveel mol is 23 mg ethanol C2H6O?

Slide 17 - Question ouverte